Dat leidt tot kortere hulp dan waar de mensen recht op hebben, aldus Sarah Dobbe van FNV. Verder blijkt volgens haar in de praktijk vaak niet de gemeente maar de zorgaanbieder de indicatie te stellen, te bepalen dus hoeveel uren huishoudelijke hulp iemand nodig heeft. Die krijgt een vast bedrag en heeft daar dus ,,een belang”.
Sinds de invoering van de Wmo moeten mensen voor ondersteuning van onder meer huishoudelijke hulp aankloppen bij de gemeente. Door de overheveling van zorgtaken van het Rijk naar gemeenten ging er het afgelopen jaar veel mis. En veel thuiszorgmedewerkers raakten hun baan kwijt.
Onlangs bleek uit onderzoek door de NOS en Binnenlands Bestuur dat de meeste gemeenten vorig jaar geld hebben overgehouden op het zorgbudget, naar schatting 310 miljoen euro in totaal. Dobbe zegt dat gemeenten dat doen onder het mom van bezuinigingen uit Den Haag. ,,Maar ze bezuinigen dus nog meer dan nodig.’’
De Nationale Ombudsman concludeerde eerder dit jaar ook al dat gemeenten de boel niet altijd op orde hebben of mensen niet goed informeren.