Zorgverleners die via de gemeente hulp verlenen aan iemand met een persoonsgebonden budget (pgb), moeten meer betaald krijgen. Een deel van de Tweede Kamer spoort minister Conny Helder (Langdurige Zorg) aan om dit snel te regelen, omdat hulpverleners anders vaker kiezen voor een iets beter betaalde baan. Daardoor blijven cliënten soms verstoken van zorg en houdt een gemeente geld over.
Reële tarieven om zorgverleners te behouden
En dat laatste is “een perverse prikkel”, vindt PVV-Tweede Kamerlid Fleur Agema. Gemeenten krijgen volgens haar dollartekens in hun ogen als ze geld kunnen overhouden en zijn dan mogelijk minder gemotiveerd om hulpverlening te regelen. Agema ziet dat gemeenten hun tarieven verlagen naar rond het minimumloon, zodat hulpverleners afhaken. Het risico is dan groot dat pgb-houders zelfs hun basale dagelijkse verzorging niet krijgen door een tekort aan zorgverleners, stelde ze. De PVV en onder meer ook de PvdA willen in alle gemeenten reële tarieven om mensen te behouden als zorgverlener.
Helder wil eveneens dat zorgverleners goed worden betaald en zal hierover met gemeenten overleggen. De pgb-tarieven voor het verstrekken van jeugdzorg en maatschappelijke hulp en zorg (wmo) verschillen per gemeente, omdat ze die zelf mogen bepalen. Eind dit jaar wil de minister de Tweede Kamer informeren over de uitkomsten. Maar Agema vindt dat te laat en wil dat de minister nu al het signaal afgeeft dat gemeenten die lage tarieven hanteren, hiermee aan de slag moeten gaan.
Langjarige indicaties
Ook wil de Kamer dat mensen met een blijvende aandoening of handicap niet om de zoveel tijd moeten aantonen dat ze hier nog aan lijden om hun pgb te kunnen behouden. De minister is ook voor een langjarige indicatie en zal naar oplossingen hiervoor gaan zoeken.
Mensen kunnen met een pgb zelf zorg inkopen, die is gericht op hun persoonlijke omstandigheden. Er zijn ongeveer 130.000 budgethouders en er gaat ruim 3 miljard zorggeld in om. Het pgb loopt niet alleen via een gemeente maar ook via andere zorgwetten.