Ze vonden dat ze recht hadden op opvang in Amsterdam op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en wezen een verblijf in een door het kabinet bepaalde plek af. Dit omdat ze naar eigen zeggen niet verplicht hoeven mee te werken aan terugkeer naar hun land van herkomst. Dat is een voorwaarde die het Rijk mag stellen voor deze opvang.
Uitspraak CRvB
Volgens de CRvB kan staatssecretaris Klaas Dijkhoff (Veiligheid en Justitie) echter uitgeprocedeerden die niet meewerken aan hun vertrek in een uitzonderlijk geval wel toelaten tot de Rijksopvang. Daarom kan de gemeente Amsterdam er volgens het rechtsorgaan vanuit gaan dat illegalen op deze locaties terecht kunnen.
Vonnis in lijn met uitspraak Raad van State
Het vonnis van de Centrale Raad, op dit vlak de hoogste rechter, is in lijn met de uitspraak van de Raad van State, die donderdag in een vergelijkbaar proces uitspraak deed.
Bed-, bad-, broodvoorziening
Amsterdam wees eerder de verzoeken van de illegalen op grond van de Wmo af, omdat zij niet rechtmatig in Nederland zijn, niet als bijzonder kwetsbaar zijn aangemerkt en ook niet in een volstrekt uitzichtloze situatie verkeren. De voorzieningenrechter van de CRvB bepaalde echter vorig jaar december dat de gemeente toch voorlopig tijdelijke sobere opvang moest bieden, de zogeheten bed-, bad-, en broodvoorziening.