Echtparen met thuiswonende kinderen hebben moeder ook vaak in de buurt, maar met 51 procent is dat wel wat minder. De reden is vaak praktisch. Moeder kan op de kinderen of kleinkinderen passen. En als moeder of vader zelf hulpbehoevend worden is het prettig als hun kinderen niet ver weg zijn.

Leeftijd
Het CBS merkt op dat het hierbij gaat om alle volwassenen van wie de moeder begin 2014 nog in leven was en in Nederland woonde; dat was het geval voor ruim de helft van de 13,4 miljoen volwassenen. Bijna 1,5 miljoen Nederlanders hebben een moeder die tussen de zeventig en tachtig jaar is, en ruim 1 miljoen hebben een moeder van tachtig jaar of ouder.

Thuiswonenden
Jongvolwassenen, mensen die jonger zijn dan twintig jaar, wonen overwegend nog in het ouderlijk huis. Het gaat om zo’n 80 procent. Ruim de helft van de 20- tot 25-jarigen woont ook nog thuis, maar daarna daalt het aantal thuiswonenden snel.

Vader
In het CBS-onderzoek wordt uitsluitend gesproken over de afstand tot de moeder en niet over de afstand tot de vader of ouders. ,,Dat is gedaan omdat de moeders van volwassenen vaker nog in leven zijn dan de vaders. Er zijn dus meer gegevens over bekend”, aldus het CBS in een toelichting.