Op 1 mei is de Wet open overheid (Woo) officieel ingegaan. De Woo is de opvolger van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) en regelt het recht van burgers op informatie van de overheid. Zo krijgt iedereen meer inzicht in het handelen van de overheid. Het kabinet investeert de komende jaren ruim € 500 miljoen in de invoering van de wet, bovenop lopende verbeterplannen voor de informatiehuishouding van de overheid.
Passieve en actieve informatieverstrekking
Een belangrijk verschil met de Wob is dat de Woo naast informatieverstrekking op verzoek (passief) overheidsorganisaties ook verplicht zelf informatie gefaseerd openbaar te maken (actief). Mede hierdoor is de Woo een belangrijke stap naar een open overheid. Uitgangspunt hierbij is dat iedereen recht heeft op toegang tot publieke informatie en dat alle overheidsinformatie in beginsel openbaar is. Alleen in uitzonderingsgevallen wordt hiervan afgeweken.
Naast deze actieve informatieverstrekking, veranderen er ook zaken rond informatieverzoeken. Wob-verzoeken heten voortaan Woo-verzoeken. De termijn voor afhandeling van een Woo-verzoek blijft vier weken, maar kan bij een omvangrijk of complex verzoek met maximaal twee weken worden verlengd (in plaats van vier weken onder de Wob). Daarnaast kan bij meer publieke organisaties een Woo-verzoek worden ingediend. Dat geldt bijvoorbeeld voor de Eerste en Tweede Kamer, de Raad voor de Rechtspraak, de Raad van State en de Nationale ombudsman. Verder wijzen alle overheidsorganisaties een contactpersoon Woo aan. Deze helpt bij de beantwoording van vragen over de beschikbaarheid van publieke informatie door burgers en journalisten.
Platform en Adviescollege
De Woo verplicht alle bestuursorganen bepaalde informatie actief openbaar te gaan maken. In de Woo zijn verschillende categorieën informatie – bijvoorbeeld wetten, convenanten en onderzoeksrapporten – opgenomen die verplicht actief openbaar gemaakt moeten worden. De actieve openbaarmaking van al deze categorieën informatie is een omvangrijke operatie en zal daarom stap voor stap worden ingevoerd. Bestuursorganen moeten ervoor zorgen dat deze informatie voor iedereen op één digitale plek vindbaar en doorzoekbaar is. Dit is de website open.overheid.nl. Omdat er meer dan duizend organisaties moeten gaan aansluiten op het platform, moet dit aan hoge (technische) eisen voldoen. Voor de ontwikkeling van dit platform is daarom gekozen voor een gefaseerde aanpak, waarbij steeds meer informatie van de overheid te vinden zal zijn. Ook nu al kan iedereen terecht op de websites van de bestuursorganen voor overheidsinformatie. En op open.overheid.nl waar momenteel meer dan 200.000 documenten te vinden zijn, zoals de beslisnota’s en de agenda en besluitenlijsten van de minsterraad.
Met de Woo wordt er ook een nieuwe, onafhankelijke organisatie ingesteld, het Adviescollege openbaarheid en informatiehuishouding. Dit adviescollege zal gevraagd en ongevraagd adviseren over de uitvoering van de regels over openbaarmaking van publieke informatie. Daarnaast kunnen journalisten, wetenschappers en andere professionals er een klacht indienen wanneer men niet tevreden is over de wijze waarop een bestuursorgaan publieke informatie openbaar maakt. Het college gaat dan bemiddelen om tot een oplossing te komen. Overheidsorganisaties moeten daaraan meewerken. Naar verwachting is het klachtenloket van het Adviescollege per 1 september geopend.
Met de Woo en de voorgenomen maatregelen werken alle Nederlandse overheidsorganisaties gezamenlijk, stap voor stap, aan een open overheid.