De regeling geldt zowel voor vorderingen in de voldoening waarvan de schuldenaar na 1 januari 2018 in verzuim raakt als voor vorderingen in de voldoening waarvan de schuldenaar voordien reeds in verzuim was. Dit is niet bezwaarlijk omdat de regeling in het voordeel van de schuldenaar is.
Bij overheidsvorderingen valt bijvoorbeeld te denken aan het UWV, de SVB of de gemeente.
Het Besluit buitengerechtelijke kosten (Bbk) is niet van toepassing op de Belastingdienst en het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB). De Belastingdienst geniet ten aanzien van het Bbk een uitzonderingspositie. Voor de Belastingdienst geldt een eigen kostenregeling op basis van de Kostenwet invordering rijksbelastingen. Tevens is in artikel 2a van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften bepaald dat titel 4.4 van de Awb – en daarmee het Bbk – niet van toepassing is op het opleggen en innen van een administratieve sanctie. Onderhavig besluit is daarom ook niet van toepassing op de uitvoeringspraktijk van het CJIB.