Speciale verrekeningsbevoegdheid bij boeteschulden
Tot voor kort had het UWV de bevoegdheid een bestuurlijke boete aangemerkt als recidive volledig te verrekenen met de uitkering. Het UWV mocht de beslagvrije voet daartoe buiten werking laten voor een periode van maximaal 5 jaren. Dit gemis aan inkomsten werd veelal middels algemene bijstand gecompenseerd onder toepassing van een maatregel. Hierdoor was er alsnog sprake van inkomsten onder het bestaansminimuum – hoe tijdelijk ook -. Met de wetswijzigingen is nu een einde gekomen aan deze onmogelijke situatie en is de wetgeving in lijn gebracht met de Rijksincassovisie.
Kwijtschelding bestuurlijke boete UWV
Met de intrekking van de speciale verrekeningsbevoegdheid van het UWV is ook de mogelijkheid voor het UWV om een bestuurlijke boete kwijt te schelden ingevoerd. Deze is gelijk aan de mogelijkheid tot kwijtschelding van een bestuurlijke boete op grond van de Participatiewet. Wanneer schuldenaar meewerkt aan een schuldregeling kan na het succesvol doorlopen hiervan de boete worden kwijtgescholden. Meewerken aan de kwijtschelding kan alleen als er geen sprake is van opzet of grove schuld.
Toegang schuldhulp mogelijk mét fraudeschuld
Door de recente wijzigingen met betrekking tot kwijtschelding en verrekening hoeft toegang tot schuldhulpverlening bij ontbreken opzet en grove schuld geen belemmering meer te zijn. Het einde aan de speciale verrekeningsbevoegdheid draagt bij aan de stabilisatie van de financiële situatie.
Bron: officiëlebekendmakingen