Inmiddels wordt minder dan 4 procent van deze tijdelijke werknemers en oproepkrachten na drie maanden werkloos. In het eerste kwartaal van 2014 gebeurde dat nog bij ruim 5 procent. Het percentage doorstromers van een flexibel naar een vast dienstverband groeide tegelijkertijd van ruim 11 naar ruim 12 procent. Eerder nam de doorstroom van flexibel naar vast nog af.

Cijfers
De cijfers stemmen vakcentrale FNV enigszins positief. ,,Het wordt tijd dat de trend echt gaat keren en meer mensen een echte baan krijgen. Werkgevers moeten hun rol oppakken; mensen meer zekerheid geven en investeren in serieus werkgeverschap zal kwaliteit en innovatie bevorderen. Iets meer mensen lijken door te stromen naar een echte baan en op grond van die cijfers hebben we enige hoop, maar het gaat niet vanzelf.”

Doorstroom
Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Lodewijk Asscher is ook wel content: ,,In de doorstroom van flex naar vast werk zien we verbetering. Dat is goed nieuws voor werknemers die zo meer zekerheid krijgen. Dat is ook het doel van het beleid en de afspraken die we met de vakbonden en de werkgevers hebben gemaakt. Het onderzoek van CBS en TNO geeft aan dat 80 procent van de flexwerkers liever meer zekerheid heeft.”

Meer nieuwe flexwerkers
Bedrijven maken tegenwoordig steeds meer gebruik van werknemers zonder vast contract. Dat wil zeggen: er komen meer nieuwe flexwerkers bij dan dat er werkloos worden of een vaste aanstelling krijgen. Afgelopen kwartaal hadden ruim 1,7 miljoen mensen een flexibel dienstverband, ruwweg een kwart van alle werknemers. Bij de vorige peiling, twee jaar terug, waren dat er nog ruim 1,6 miljoen.

Flexibel werk
Overigens heeft slechts één op de vijf flexwerkers er zelf bewust voor gekozen om flexibel werk te doen. De meeste mensen met zo’n aanstelling hebben deze volgens het statistiekbureau alleen maar uit noodzaak, bijvoorbeeld omdat ze geen vaste baan kunnen vinden.