IVO analyseerde 221 dossiers bij drie bureaus jeugdzorg. Emotionele kindermishandeling en verwaarlozing kwam het meest voor. In meer dan de helft van de gezinnen waren de kinderen getuige geweest van partnergeweld. Veel gezinnen hadden al een lange geschiedenis van vrijwillige en gedwongen hulpverlening. De hulp was vaak vroegtijdig beëindigd door gebrek aan motivatie van de ouders, maar soms ook door onvermogen om het hulpverleningsadvies op te volgen.
Inzet netwerk
De onderzoekers spraken met medewerkers van 10 Bureaus Jeugdzorg over hun werkwijze. Het viel op dat ze niet allemaal structureel een risicotaxatie-instrument gebruikten. Verder signaleren de onderzoekers een trend om te werken met veiligheidsplannen, gebaseerd op de methodiek Signs of Safety. Die aanpak sluit volgens de onderzoekers goed aan bij het nieuwe jeugdstelsel, dat de nadruk legt op de eigen kracht en de inzet van het netwerk van gezinnen.