De gedachte achter de sluitingen was dat er minder kinderen uit huis geplaatst zouden worden omdat zij sneller hulp kregen. Maar volgens bestuurder van TriviumLindenhof Arno Lelieveld blijkt dat te optimistisch gedacht. In tegenstelling tot deze eerdere verwachtingen werden kinderen juist vaker uit huis geplaatst door de kinderrechter. “Het werd steeds ingewikkelder een plek te vinden. Steeds vaker moesten we kiezen voor een noodoplossing, ook al was dat niet per se de beste plek voor de kinderen”, zegt Lelieveld.
Aantal crisisplekken te beperkt
Hier sluit de Rotterdamse zorgconsul Ineke Bakker zich bij aan. In haar jaarverslag staat dat het aantal crisisplekken in Rotterdam te beperkt is. Kinderen moeten daardoor soms naar locaties buiten de stad. Soms zelfs ver buiten de stad. Dat betekent vaak dat ze te midden van alle veranderingen in hun leven ook naar een andere school moeten. Daarom doet ze een oproep voor meer crisisopvang in de regio Rotterdam. De jeugdinstellingen hebben hier vooralsnog gehoor aan gegeven door tijdelijk crisisopvang te openen. Deze huizen zijn opnieuw ingericht en er is personeel voor aangesteld. De tijdelijke opvang wordt betaald vanuit de reserves van de betrokken instellingen, echter is dat niet lang vol te houden. Nu dient er een oplossing gevonden te worden hoe kinderen en gezinnen beter geholpen kunnen worden om uithuisplaatsing te voorkomen.
Het aantal crisismeldingen in de regio is afgelopen jaar gestegen met 50 procent. Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond verwachtte duizend meldingen, maar er kwamen 1.500 binnen. Om het extra werk aan te kunnen hebben de vijftien regiogemeenten één miljoen euro extra subsidie gegeven. Volgens de gemeente is de stijging een landelijke trend, maar iedereen wil uiteindelijk dat kinderen zoveel mogelijk thuis worden geholpen. Er wordt gekeken of de Jeugdbescherming meer geld moet ontvangen dit jaar.