Als kinderen vervolgens echt worden uitgezet omdat hun asielaanvraag is afgewezen, is het door de schade die ze hebben opgelopen vaak heel moeilijk voor ze om te aarden in hun nieuwe land.
,,De chronische stress waar kinderen aan zijn blootgesteld kan hun hersenfuncties zodanig aangetast hebben, dat daardoor de kans dat zij van deze schade herstellen en zich kunnen aanpassen aan de leefomstandigheden in het land van herkomst uiterst klein geworden is”, constateren de wetenschappers. ,,Dit alles maakt het uitzetten van deze langdurig in Nederland verblijvende kinderen, naar huidige wetenschappelijke inzichten, onverantwoord.”
In totaal hebben 38 hoogleraren het rapport onderschreven. Dat geldt ook voor drie beroepsverenigingen: het Nederlands Instituut van Psychologen, de Nederlandse Vereniging Van Pedagogen en Onderwijskundigen en Jeugdartsen Nederland. Ze roepen de politiek op de inzichten uit het rapport ,,te benutten voor wetenschappelijk onderbouwde besluitvorming”.
Scherder is hoogleraar aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij schreef het rapport samen met twee universitair docenten van de Rijksuniversiteit Groningen. Ze deden geen nieuw onderzoek, maar geven een overzicht van bestaande studies. De auteurs verwijzen naar de zaak rond Howick en Lili, de Armeense kinderen die na tien jaar Nederland uitgezet dreigden te worden, maar na grote ophef alsnog mochten blijven.
Nog zo’n vierhonderd kinderen die langer dan vijf jaar in Nederland zijn, zitten in dezelfde situatie. Ze voldoen niet aan de regels van het zogeheten kinderpardon en kunnen worden uitgezet.