Als gevolg van de decentralisatie in het sociaal domein zijn per 1 januari 2015 taken van het Rijk en provincies aan de gemeenten overgedragen. In 2015 gaven gemeenten 24,4 miljard euro uit aan taken in het sociaal domein, zo blijkt uit de opgaven van gemeenten. De taken hebben betrekking op de beleidsterreinen maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg en werk en inkomen.
Aan maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg waren gemeenten 12,7 miljard euro kwijt. Hiervan ging 5,6 miljard euro op aan maatschappelijke ondersteuning, terwijl 3,1 miljard euro was bestemd voor jeugdzorg. Er is 4 miljard euro besteed aan algemene voorzieningen en persoonsgebonden budgetten (pgb’s) op het terrein van maatschappelijk ondersteuning en jeugdzorg. Dit bedrag is niet toe te rekenen aan een van beide beleidsterreinen.
Aan werk en inkomen besteedden gemeenten 11,7 miljard euro, waarvan ruim 8 miljard euro aan bijstandsverlening, inkomensvoorzieningen en armoede- en schuldenbeleid. Op het gebied van werkgelegenheid ging 3,7 miljard euro naar sociale werkvoorzieningen en re-integratie- en participatievoorzieningen.
13,8 miljard beschikbaar voor maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg
Gemeenten ontvingen in 2015 voor maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg 13,8 miljard euro, en hielden hier bijna 1,2 miljard euro aan over. De inkomsten kwamen voornamelijk van het Rijk. Voor de uitvoering van taken voor werk en inkomen ontvingen gemeenten in 2015 ruim 11,3 miljard euro, 400 miljoen euro minder dan er werd uitgegeven. Het budget voor deze taken kwam bijna volledig van het Rijk.