Een Kamermeerderheid stelt het kabinet harde deadlines om verbeteringen in de jeugdzorg door te voeren. In juli volgend jaar moet de verplichting tot regionale en landelijke inkoop van (hoog) specialistische zorg wettelijk van kracht zijn, willen zowel coalitie als oppositie. Het gaat om bijvoorbeeld de zorg voor kinderen met suïcidale gedachten, zware depressie of een ernstige eetstoornis.
Over een jaar moet ook de wet ingaan die de negatieve kanten van marktwerking voorkomt, zoals excessieve winstuitkering. Vanaf begin 2024 moeten gemeenten bovendien worden verplicht reële tarieven te betalen voor de jeugdzorg. Een motie die het kabinet hiertoe oproept, een initiatief van PvdA-Kamerlid Mohammed Mohandis, is Kamerbreed ondertekend.
De Kamer maant daarmee het kabinet niet alleen tot spoed, maar heeft tegelijkertijd drie prioriteiten gesteld in een Kamerdebat over het akkoord over vernieuwingen in de jeugdzorg.
Staatssecretaris Maarten van Ooijen (Jeugdzorg) snapt de wens tot versnelling en deelt die ook. “Ik zal alles op alles zetten om de data in de motie te halen”, zei hij.
Wel plaatste hij een aantal kanttekeningen. Aanpassingen van wetten moeten zorgvuldig gebeuren en de aangepaste wetten moeten uitvoerbaar zijn. “Ze moeten ook echt kinderen en ouders gaan helpen”, benadrukte Van Ooijen. Maar hij beloofde “met gezwinde spoed” aan de slag te gaan.
Van Ooijen noemt het recent gesloten akkoord een “game changer die de jeugdzorg nodig heeft”. De koers die in het akkoord is vastgelegd, wordt volgens hem breed gedragen. “Nu we concreet zijn geworden, kunnen we sneller de uitvoering in”, zei Van Ooijen.
Een deel van de Kamer vreest desondanks dat jongeren en kinderen met acute en zware problemen te laat hulp krijgen. Volgens Van Ooijen worden nu al maatregelen genomen, maar “die hebben nog niet altijd het beoogde effect. Op het best van ons kunnen, maken we het elke dag een beetje beter.”
Van het schrappen van de structurele bezuiniging van 511 miljoen euro wil Van Ooijen nog niets weten. “Als de hervormingsagenda is afgerond, pakken we de invulling van die 511 miljoen op.”
In het akkoord, de zogeheten hervormingsagenda jeugd, hebben het Rijk, gemeenten, zorgaanbieders en zorgmedewerker afspraken gemaakt over verbeteringen en besparingen in de jeugdzorg.