Verschillende organisaties voor zorg aan jeugd zijn “onaangenaam verrast” door het bericht dat de garantie voor hun omzet na 1 juli stopt. Dat schrijven de branches, waaronder Jeugdzorg Nederland, aan de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en het kabinet. Ze verwachten dat de RIVM-richtlijnen tegen het coronavirus ook in deze sector na 1 juli flinke kosten en inkomstenderving met zich meebrengen.
Gedacht wordt aan onder meer aanpassingen van hulp en ruimten, beschermingsmiddelen en een nog verminderde mogelijkheid voor dagbehandeling en dagbesteding door de geleidelijke opstart van de zorg.
Directeur Gespecialiseerde Zorg voor Jeugd (BGZJ) Frank Bluiminck zegt: ‘’Helaas kunnen wij niet vooraf aangeven wanneer de omzet weer op peil is en meerkosten tot een minimum gedaald zijn. Een grondslag om compensatie voor omzetderving en meerkosten te kunnen declareren blijft dus ook na 1 juli noodzakelijk.”
Daarbij vinden de briefschrijvers het stoppen ook een verkeerd signaal: “Terwijl een aantal coronamaatregelen geleidelijk wordt versoepeld, geeft men hiermee een signaal alsof het na 1 juli in het sociaal domein weer ‘business as usual’ is: dat lijkt ons niet wenselijk.”