In 2021 werden bijna 2,3 duizend mensen toegelaten tot de Wet schuldsaneringen natuurlijke personen (Wsnp). Dat is 23 procent minder dan in 2020 en een afname van 84 procent vergeleken met tien jaar eerder. Wel nam het aandeel mannen en personen boven de 45 de laatste tien jaar toe. Van alle huishoudens zijn vooral eenpersoonshuishoudens oververtegenwoordigd. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers over de wettelijke schuldsanering van het CBS.
In 2021 werden 2,3 duizend mensen in de Wet schuldsaneringen natuurlijke personen (Wsnp) toegelaten. Dat zijn er bijna 700 minder dan een jaar eerder, toen er bijna 3 duizend mensen werden toegelaten. Het is het laagste aantal sinds de start van de wet in 1998. Tegelijkertijd werden er 5,7 duizend schuldsaneringstrajecten door de rechter beëindigd. Het jaar daarvoor waren dat er bijna 8 duizend.
Op 31 december 2021 zaten er 10,5 duizend mensen in de schuldsanering; 3,4 duizend schuldenaren minder dan het jaar ervoor.
Sinds 10 jaar afname instroom Wsnp
Sinds 2011 daalt het aantal mensen dat instroomt in de Wsnp; dat jaar kwamen nog 14,7 duizend mensen in de schuldsanering. Van 2011 tot en met 2021 is de instroom in de Wsnp met 84 procent afgenomen.
Mogelijk heeft deze afname te maken met de inwerkingtreding van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) in 2012. Ook betere economische omstandigheden, tot aan de start van de coronacrisis in maart 2020, kunnen een effect hebben gehad op de dalende instroom.
Relatief meer mannen ingestroomd dan in 2011
Van de instroom in 2021 was 58 procent (1 325) van de personen man. Tien jaar geleden was het percentage mannen en vrouwen bijna gelijk. Toen kwamen er 7 420 mannen en 7 275 vrouwen in de schuldsanering.
Minder jongeren, meer ouderen
Ook de leeftijdsopbouw van de instromers is veranderd ten opzichte van 2011. Was in 2011 nog 60 procent (8 785) van de mensen die in de schuldhulpverlening instroomden jonger dan 45 jaar, nu is 43 procent (995) jonger dan 45 jaar.
Hoewel de instroom van mensen in de leeftijdscategorie van 55 tot 65 jaar in tien jaar tijd in absolute aantallen daalde van 1 775 personen in 2011 naar 485 tien jaar later, is deze groep verhoudingsgewijs het sterkst toegenomen (12 procent in 2011, 21 procent in 2021).
De instroom van mensen in de leeftijdscategorie van 25 tot 35 jaar nam procentueel het meeste af, van ongeveer 25 procent (3 620) in 2011 naar 15 procent (355) in 2021.
Minder huishoudens met kinderen
Eenouderhuishoudens en paren met kinderen kwamen in 2021 verhoudingsgewijs minder vaak in de wettelijke schuldsaneringen. In 2021 kwamen 385 eenouderhuishoudens in de wettelijke schuldsanering, 17 procent van het totaal aantal huishoudens. In 2011 bestond 19 procent van de huishoudens in de schuldsanering uit eenouderhuishoudens. Het ging toen om 2 845 gezinnen.
In 2011 waren paren met kinderen verhoudingsgewijs de grootste groep met 34 procent van de totale instroom, in totaal 5 005 huishoudens. In 2021 bestaat 29 procent van de huishoudens uit paren met kinderen. Het aandeel paren zonder kinderen namen verhoudingsgewijs toe, van 13 procent (1 940) in 2011 naar 16 procent (360) van de schuldsaneringen in 2021.
Van alle huishoudens in de wettelijk schuldsanering is de groep eenpersoonshuishoudens in 2021 met 36 procent (835) de grootste groep, in 2011 was dat 29 procent. Toen zaten er 4 200 eenpersoonshuishoudens in de Wsnp.