Gemeenten moeten ervoor zorgen dat bijstandsgerechtigden een studie, stage of werktraject volgen. Dat schrijft staatssecretaris Tamara van Ark (Sociale Zaken) aan de Tweede Kamer.
Er wordt nu door gemeenten te verschillend omgegaan met de zogenoemde tegenprestatie. Bij sommige gemeenten wordt er nauwelijks op toegezien, andere gemeenten bieden bijstandsgerechtigden actief allerlei activiteiten aan. Weer anderen eisen een tegenprestatie, met mogelijke verlaging van de bijstand als stok achter de deur.
Met het vaststellen van de tegenprestatie in de wet geeft Van Ark gehoor aan een voorstel van D66-Kamerlid Rens Raemakers, gesteund door de andere coalitiepartijen. Raemakers pleit ervoor gemeenten te verplichten een “niet-vrijblijvend” aanbod te doen aan bijstandsontvangers.
Wat zo’n aanbod inhoudt, blijft nog wel aan de gemeenten, aldus Van Ark. Daarnaast hangt dat natuurlijk af van de persoonlijke situatie van de bijstandsgerechtigde. Ze praat de komende tijd met gemeenten over de verplichte tegenprestatie en of gemeenten mogelijk meer middelen nodig hebben om dit goed toe te passen.