Het Nederlandse onderwijs moet beter toegankelijk worden gemaakt voor kinderen met een beperking, vindt het College voor de Rechten van de Mens. “Ondanks stappen in de goede richting is het onderwijs in Nederland nog niet toegankelijk voor iedereen”, constateert de instantie in een advies aan het kabinet.
Het college wijst onder meer op de 4790 ’thuiszitters’, kinderen die geen onderwijs volgen, omdat ze dusdanige beperkingen hebben dat het onderwijs er niet op is toegerust om ze te ontvangen. Onderwijsminister Arie Slob zei daarover begin dit jaar dat vooral de samenwerking tussen onderwijs, zorg en de overheid in een aantal regio’s beter moet. Ook het College voor de Rechten van de Mens zegt dat er “voor sommige van deze kinderen wel degelijk mogelijkheden zijn om onderwijs te volgen”.
Om de situatie te verbeteren, stelt het adviesorgaan voor dat de overheid landelijk beleid gaat opstellen. Een visie en een concreet stappenplan zijn nodig om “inclusief onderwijs te kunnen realiseren”. Zo moeten gebouwen zo toegankelijk mogelijk worden gemaakt. Hetzelfde geldt voor lesmateriaal. Verder adviseert het college onder meer te “denken vanuit de mogelijkheden van de leerling”.
Het College voor de Rechten van de Mens houdt in Nederland toezicht op internationaal erkende mensenrechten, waaronder het VN-verdrag Handicap. Daarin staat dat mensen met een beperking het recht hebben om volwaardig en op gelijke voet met anderen deel te nemen aan de samenleving.