De zorgvraag in onder meer de ggz en de ouderenzorg moet omlaag, vindt minister Conny Helder (Langdurige Zorg). Het is een van de maatregelen die genomen moet worden om het hoofd te bieden aan de grote personeelstekorten in de zorg. Helder spreekt van een “crisis”.
Het aantal vacatures in de zorg neemt al geruime tijd toe. Dat is zorgelijk en de reden waarom het belangrijk is zorgpersoneel te behouden en op een andere manier te gaan werken, door bijvoorbeeld meer gebruik te maken van digitale zorg, benadrukt de minister. Maar dat is volgens Helder niet genoeg.
Er moet volgens het kabinet iets gedaan worden aan de zorgvraag, omdat het anders dweilen met de kraan open blijft. Binnen de ggz “zijn we daar al mee bezig”, zegt de minister. Er wordt nadrukkelijk gekeken of de zorgvraag wel binnen de ggz moet worden opgelost, of dat de hulp beter vanuit het sociaal domein kan worden gegeven.
De praktijk wijst uit dat mensen veel hebben aan ervaringsdeskundigen – mensen die soortgelijke problemen hebben gehad -, zegt Helder. Ze voelen herkenning en erkenning. “Ze kunnen elkaar helpen en zeggen daar veel baat bij te hebben. Ze hebben dan geen zorgvraag meer, maar een hulpvraag.”
Onder het sociaal domein valt de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), die onder verantwoordelijkheid van de gemeenten valt. De inzet van ervaringsdeskundigen kan via de Wmo worden ingezet. De ggz voor volwassenen en de ouderenzorg wordt via de Wet langdurige zorg (Wlz) door het Rijk gefinancierd.