Als de Staat ingrijpt in het gezin en daarbij het gezag wil weghalen, dan krijgen ouders vanaf het nieuwe jaar kosteloos rechtsbijstand tijdens de rechtszaak. Zij worden dan altijd bijgestaan door een gespecialiseerd jeugdrechtadvocaat, schrijft minister Franc Weerwind voor Rechtsbescherming in een brief aan de Tweede Kamer.

Nu al kunnen ouders die door de kinderopvangtoeslagenaffaire gedupeerd zijn kosteloos gebruik maken van rechtsbijstand. In aanvulling daarop wil de minister 1,5 jaar zo’n regeling beschikbaar stellen aan ouders die te maken krijgen met een gezagsbeëindigende maatregel. De rechter draagt het ouderlijk gezag dan op aan een jeugdzorginstelling. Ouders mogen dan geen beslissingen meer nemen over hun kinderen.

Meest ingrijpende procedures

De kosteloze rechtsbijstand wordt in stappen ingevoerd zodat het voor de Rechtspraak en de Raad voor Rechtsbijstand uitvoerbaar is. Eerst komen de meest ingrijpende procedures in aanmerking, de gezagsbeëindigende maatregelen. De rechtbank, Raad voor de Rechtsbijstand en de advocatuur werken samen. De partijen zorgen er samen voor dat bij deze procedures het gezin een telefoontje krijgt van de advocaat met het aanbod om juridisch kosteloos bijgestaan te worden. Vanaf juli wordt de regeling uitgebreid met (spoed) uithuisplaatsingen.  Het streven is de regeling vanaf juli uit te breiden met (spoed) uithuisplaatsingen.

Ook worden de rechten van gezinnen waar een kind uit huis is geplaatst op andere manieren op korte termijn verbeterd. De gecertificeerde instellingen zorgen ervoor dat vanaf begin volgend jaar al hun besluiten over waar het kind kan opgroeien worden voorgelegd aan de rechter. Ook bekijken de gecertificeerde instellingen hoe de besluitvorming over de omgang tussen ouders en kinderen bij een uithuisplaatsing beter kan.

Trainingen

Jeugd- en gezinsprofessionals krijgen trainingen om beter feitenonderzoek te doen. Ook worden ze beter geschoold om te gaan met onvrede en (tucht) klachten. Het klachtenformulier wordt vergemakkelijkt. Op de lange termijn wordt onderzocht of de rol van de kinderrechter actiever kan worden en de rechtspositie van kinderen onder voogdij verbeterd kan worden. De minister wil bij uithuisplaatsingen wettelijk verankeren dat zoveel mogelijk broers en zusjes samen ergens onderdak krijgen.