Vrouwen hebben steeds vaker voldoende inkomen om in hun eigen levensonderhoud te voorzien. Dat blijkt uit onderzoek van het CBS, dat zich baseert op cijfers van de Emancipatiemonitor. Bij vrouwen met een partner en minderjarige kinderen is het aandeel economisch zelfstandigen het sterkst gestegen, namelijk van 57 procent in 2011 naar 65 procent in 2018.
In 2018 was 62 procent van de werkende vrouwen tussen 15 jaar en de AOW-leeftijd economisch zelfstandig. Bij de mannen ging dat toen om 80 procent. Het doorsnee jaarinkomen van vrouwen was in 2018 ongeveer 31.000 euro bruto, bij de mannen 50.000 euro bruto. Volgens het CBS komt dat verschil vooral door de arbeidsuren die worden gemaakt. Mannen werken overwegend fulltime, terwijl vrouwen vaker parttime werken.
Sinds 2014 neemt de economische zelfstandigheid van zowel mannen als vrouwen weer toe. Maar bij vrouwen is de groei sterker, ondanks het feit dat mannen nog steeds een kleine voorsprong hebben.