Gemeenten worden, als het aan het kabinet ligt, verplicht om samen te werken als ze specialistische jeugdzorg inkopen. Op dit moment lukt het niet altijd om zorg te regelen voor de meest kwetsbare kinderen. De problemen zijn voor sommige gemeenten te ingewikkeld en bovendien lopen zij tegen allerlei organisatorische problemen op. Dit valt op te lossen door de zorg gezamenlijk in te kopen, denkt demissionair staatssecretaris Maarten van Ooijen, maar dat is nu te vrijblijvend geregeld.
“De zorg voor de meest kwetsbare kinderen zou het best moeten zijn georganiseerd”, zegt Van Ooijen. “Nu staat deze zorg onder grote druk en is passende zorg vaak onvoldoende en niet op tijd beschikbaar.”
Door de inkoop landelijk en regionaal te organiseren moet het probleem worden opgelost dat niet alle gemeenten de benodigde kennis in huis hebben om kwetsbare kinderen te helpen. Ook zorgaanbieders zijn hiermee gebaat, denkt Van Ooijen. Momenteel hebben zij hoge administratieve lasten omdat ze vaak met meerdere gemeenten zaken doen.
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) krijgt de verantwoordelijkheid om te controleren of de samenwerkende gemeenten de benodigde jeugdzorg aanbieden. Het ministerie van Volksgezondheid zal gemeenten aanspreken die hierin tekortschieten en kan hen tot actie dwingen als de situatie niet verbetert.
Het voorstel komt voort uit de afspraken uit de Hervormingsagenda Jeugd. Dit plan om het jeugdstelsel te verbeteren heeft het ministerie van Volksgezondheid geschreven in samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, jeugdhulpaanbieders, professionals en cliëntorganisaties.
De Raad van State gaat het wetsvoorstel nu bestuderen. Daarna zal dit worden behandeld in de Tweede Kamer.