Eind vorig jaar is € 150 miljoen vrijgemaakt om huishoudens te helpen bij het verduurzamen van hun woning. In maart is door het kabinet besloten daar € 150 miljoen extra bovenop te doen om energiebesparende maatregelen te nemen. Vanwege de urgente problemen die huishoudens op dit moment ervaren door de hoge energieprijzen, wil het kabinet dit geld eerder uitkeren aan gemeenten. Dat schrijft minister De Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening aan de Eerste en Tweede Kamer. Ook wordt er € 68,5 miljoen van het Nationaal Isolatieprogramma uit 2021 beschikbaar gesteld voor de lokale isolatieaanpak van gemeenten.
Het CBS constateert dat voor huishoudens met een laag inkomen en variabel of aflopend energiecontract de energiekosten als aandeel van het besteedbaar inkomen veel harder stijgen. TNO rekende vorig najaar dat ongeveer 550 duizend huishoudens te maken hebben met energiearmoede: ze hebben hoge energiekosten, wonen vaak in een huis dat niet goed is geïsoleerd en hebben een laag inkomen. De omvang van deze groep is volgens het CBS door de huidige ontwikkelingen groter geworden en ook de ernst van de problematiek is met stijgende energieprijzen verder opgelopen. Dat betekent ook dat de problemen waar gemeenten mee te maken hebben om huishoudens te ondersteunen met energiebesparende maatregelen groter en (nog) urgenter zijn geworden.
Vanwege de toegenomen ernst en omvang van de problemen als gevolg van de gestegen energieprijzen wil het kabinet vooruitlopend op formele autorisatie door beide Kamers alvast tot uitkering aan de gemeenten overgaan. Het kabinet doet daarmee een beroep op artikel 2.27, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2016.