De invoering van het nieuwe inburgeringsstelsel wordt met zes maanden opgeschoven naar 1 juli 2021. Rijksoverheid, gemeenten en andere betrokken organisaties hebben een extra half jaar nodig om de invoering van het stelsel zorgvuldig voor te kunnen bereiden. Zo wordt er nog gewerkt aan lagere regelgeving en aan de inrichting van gegevensuitwisseling tussen organisaties. Ook lopen er nog steeds gesprekken met de VNG over de wettelijke en financiële kaders. Dat schrijft minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer.
In het nieuwe inburgeringsstelsel zorgen gemeenten ervoor dat nieuwkomers zo snel mogelijk de Nederlandse taal leren en aan het werk gaan. Meedoen is immers de beste weg naar een succesvolle inburgering. Daarbij staan maatwerk en snelheid centraal.
Het wetsvoorstel voor de Wet Inburgering ligt nu voor advies bij de Raad van State. Na ontvangst en verwerking van het advies wordt het wetsvoorstel aangeboden aan de Tweede Kamer, naar verwachting na het meireces.
Nieuwkomers die voor 1 juli 2021 inburgeringsplichtig worden, zullen blijven vallen onder het oude stelsel.