Gemeenten zeggen prijsstijgingen in de jeugdzorg alleen te kunnen betalen als het kabinet voorgenomen bezuinigingen op de sector van tafel haalt. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) pleit hier nogmaals voor naar aanleiding van het akkoord over een nieuwe cao voor jeugdzorgmedewerkers. Bonden en werkgevers hebben na slepende onderhandelingen en acties van het personeel onder meer loonsverhogingen afgesproken.
Het kabinet wil vanaf 2025 de kosten in de jeugdzorg met 500 miljoen euro verminderen. Een meerderheid in de Eerste Kamer is tegen en eist net als de gemeenten dat deze bezuiniging wordt geschrapt.
De gemeenten benadrukken dat ze het belangrijk vinden “dat er goede hulp wordt geboden en professionals de ruimte krijgen om dit te doen”. Daar moet dan landelijk wel genoeg geld voor worden uitgetrokken. “Het huidige regeerakkoord biedt dit niet en we verwachten dat de ongewenste bezuiniging van 500 miljoen euro van tafel gaat.” Anders hebben gemeenten “niet de financiële ruimte” om extra kosten aan jeugdzorgaanbieders te kunnen betalen.
Als de leden van de vakbonden instemmen met het cao-akkoord, krijgen medewerkers er met terugwerkende kracht 2 procent bij over vorig jaar. Dit jaar en volgend jaar volgen nog twee loonsverhogingen van elk 3 procent.
Jeugdzorgorganisaties worden gecontracteerd door gemeenten, dus uiteindelijk kunnen ook zij voor hogere kosten komen te staan. De VNG noemt het wel goed dat de werkgevers en werknemers eruit zijn gekomen. “Daarmee ligt uiteraard de financiële verantwoordelijkheid voor deze stap bij de werkgevers”, laat de organisatie weten.