Gedupeerden van de toeslagenaffaire van wie de kinderen uit huis zijn geplaatst, krijgen extra ondersteuning. Vanaf 4 april is voor hen een onafhankelijk landelijk ondersteuningsteam beschikbaar. Gedupeerde ouders en kinderen die met een uithuisplaatsing te maken hebben (gehad) kunnen zich rechtstreeks aanmelden bij dit team. Minister Franc Weerwind voor Rechtsbescherming schrijft dat in een brief aan de Tweede Kamer.
Het team is onafhankelijk en is er voor de ouders en kinderen. In het team zitten procesbegeleiders die een luisterend oor bieden aan gedupeerde ouders. Zij brengen de situatie van deze ouders en kinderen in beeld. Niet elk gezin is hetzelfde en er spelen vaak meerdere problemen, daarom is maatwerk aan de orde. Met het gezin wordt bekeken wat hun wensen zijn en wat er mogelijk is. De veiligheid en ontwikkeling van het kind staan daarbij altijd centraal. Vervolgens kan de procesbegeleider helpen om samen met hulpverleners die al bij het gezin betrokken zijn, de ouder(s) en kind(eren) verder begeleiden. Zo kunnen nieuwe inzichten worden opgedaan en kunnen nog onbekende oplossingen en mogelijkheden worden gezocht om de levensomstandigheden of de gezinssituatie te verbeteren.
Het Ondersteuningsteam is een aanvulling op de hulp vanuit de hersteloperatie toeslagen en de extra inspanningen van gemeenten, jeugdbescherming en de Raad voor de Kinderbescherming die al voor ouders beschikbaar is.
Kosteloze rechtsbijstand
Gedupeerde ouders kunnen al kosteloos gebruik maken van rechtsbijstand binnen de hersteloperatie kinderopvangtoeslag. Nieuw is dat gedupeerde ouders kosteloze hulp kunnen ontvangen van een gespecialiseerde advocaat als zij zich willen verweren tegen een uithuisplaatsing. Samen met de Raad voor Rechtsbijstand en de Nederlandse Orde van Advocaten wordt hiervoor een subsidieregeling gemaakt.
Onafhankelijk onderzoek
De Inspectie Justitie en Veiligheid onderzoekt in samenwerking met de Inspectie Gezondheidzorg en Jeugd de jeugdbeschermingsketen in relatie tot de kinderopvangtoeslag. Ze is gestart met dit onderzoek en rondt dit onderzoek naar verwachting aan het eind van dit jaar af. De minister gaat in gesprek met de Tweede Kamer om te horen of er aanvullend onderzoek nodig is, bijvoorbeeld met het instellen van een commissie.