Het aantal mensen met betaald werk in Nederland is in april in het hoogste tempo afgenomen sinds er maandelijkse cijfers over worden bijgehouden. Ook het werkloosheidspercentage is vorige maand ongekend hard gestegen, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Vorige maand daalde het aantal mensen met een baan met 160.000 naar 8,9 miljoen. Een terugval van die omvang in een maand tijd is niet eerder voorgekomen sinds het CBS in 2003 begon met het bijhouden van maandcijfers. Het aantal werklozen bedroeg 314.000, waarmee het werkloosheidspercentage uitkwam op 3,4 procent. Dat was in maart nog 2,9 procent, waarmee de toename op maandbasis ook het hoogst is sinds 2003.
April was de eerste volle maand waarin maatregelen tegen het nieuwe coronavirus van kracht waren, zoals gedwongen sluitingen van horeca en thuiswerken. Hoewel de overheid een steunpakket optuigde om baanverlies tegen te gaan, kon dit niet voorkomen dat het aantal nieuwe WW-uitkeringen in april fors steeg. In april kwamen er 74.000 uitkeringen bij, bijna een verdubbeling ten opzichte van de 38.000 nieuwe uitkeringen in maart. Het totale aantal lopende WW-uitkeringen steeg met 16,7 procent tot 292.000.
De WW-cijfers geven een beeld van de sectoren die het zwaarst te lijden hebben onder de coronacrisis. De uitkeringen stegen het hardst onder schoonmakers, uitzendkrachten, winkelmedewerkers, horeca- en cateringpersoneel en werknemers in de cultuurbranche.
Naast een stijging van het aantal mensen dat hun baan verloor, waren er ook minder mensen die begonnen met werken. Zo gingen er ten opzichte van maart minder mensen aan de slag die eerder niet tot de beroepsbevolking hoorden, zoals jongeren met een bijbaan. Ook vonden minder werklozen een baan, terwijl er een toename was van mensen die na het verlies van hun baan niet meer op zoek gingen naar werk.