10 gemeenten in de regio Haaglanden, waaronder de gemeente Den Haag, zijn in april 2019 een gezamenlijke procedure gestart voor inkoop van jeugdhulp voor de periode 2020-2024. Volgens de gemeenten zijn de door hen in die inkoopprocedure gehanteerde tarieven reëel en noodzakelijk om de jeugdhulp efficiënter en effectiever te maken.
Tarieven te laag en niet kostendekkend
Jeugdformaat en 11 marktpartijen hebben een kort geding gevoerd tegen de gemeenten om deze tarieven aan te passen. Volgens de jeugdhulpaanbieders zijn de tarieven namelijk te laag en niet kostendekkend. Zij stellen dat zij niet langer in staat zijn goede jeugdhulp te verlenen als de tarieven niet worden aangepast en dat zij dan structureel verlies lijden.
Gemeente moet opnieuw naar tarieven kijken
De Haagse voorzieningenrechter komt onder meer tot de conclusie dat verschillende definities worden gehanteerd bij de diverse cijfers en percentages waar de gemeenten hun tarieven op baseren. Daardoor worden als het ware ‘appels met peren vergeleken’. Daarnaast is naar het oordeel van de voorzieningenrechter onvoldoende rekening gehouden met regionale en organisatie-specifieke aspecten die van invloed zijn op de kostprijs van de jeugdhulp. De 10 gemeenten moeten daarom opnieuw naar de tarieven kijken voor de inkoop van jeugdhulp en deze in overeenstemming brengen met de Jeugdwet, zodat de tarieven alsnog kostendekkend en reëel worden.