Meerdere keren per week in de nacht je partner die nachtmerries heeft kalmeren en daarna het bed verschonen. Het dagelijks legen en schoonmaken van een toiletemmer door een volwassen inwonend kind. Het ophangen van briefjes voor een echtgenote om te herinneren aan taken die zij die dag moet doen en haar controleren. Valt dit onder gebruikelijke hulp? 

Daar kun je verschillend over denken. Anders waren hier geen rechtszaken over gevoerd (zie ECLI:NL:RBLIM:2022:7897, ECLI:NL:CRVB:2019:1334 en ECLI:NL:CRVB:2021:823). In al deze gevallen mocht de gemeente een maatwerkvoorziening afwijzen, vanwege gebruikelijke hulp. Maar hoe zit dat in andere situaties? Gezien het grote aantal vragen hierover aan onze helpdesk blijkt gebruikelijke hulp vaak een lastige kwestie. Hoe kun je de juiste afweging maken? Daar ga ik hieronder op in.

Wat zegt de wet over gebruikelijke hulp?

Eerst maar eens kijken wat hierover geregeld is in de Wmo 2015. Duidelijk is dat de gemeente geen voorziening hoeft te verstrekken voor problemen die met gebruikelijke hulp opgelost kunnen worden (artikel 2.3.5 lid 3 en lid 4 Wmo 2015). Ook staat er in de Wmo 2015 wat gebruikelijke hulp is: hulp die naar algemeen aanvaarde opvattingen in redelijkheid mag worden verwacht van de echtgenoot, ouders, inwonende kinderen of andere huisgenoten (artikel 1.1.1 Wmo 2015).

Duidelijk is dus in elk geval dat het om hulp van een huisgenoot gaat. Maar “algemeen aanvaarde opvattingen” en “in redelijkheid”, zijn minder duidelijke begrippen.

Hoe kun je dit concreter maken?

Om de beoordeling niet te laten afhangen van toeval of willekeur, moeten gemeenten volgens de wetgever en de CRvB beleid maken over gebruikelijke hulp. Vervolgens moeten zij in individuele situaties steeds een goede afweging maken en daarbij rekening houden met alle specifieke omstandigheden (zie Kamerstukken II 2013/14, 33 841, nr. 3, p. 28‑29 en Kamerstukken II, 2013/14, 33 841, nr. 34, p. 140 en bijv. ECLI:NL:CRVB:2018:3243).

Staat het maken van beleid en van een individuele afweging haaks op elkaar? Nee, volgens mij hebben gemeenten het beleid over gebruikelijke hulp nodig om in elke situatie op dezelfde manier een goede afweging te maken. Ik raad dus ook alle gemeenten aan om gebruikelijke hulp goed uit te werken in beleidsregels.

Ik raad alle gemeenten aan om gebruikelijke hulp goed uit te werken in beleidsregels

Wat neem je over gebruikelijke hulp op in het beleid?

De uitspraak waar ik mee begon gaat over het ’s nachts kalmeren van een partner. Daarin geeft de rechtbank Limburg mooi aan waar de gemeente rekening mee moet houden bij de vraag of het gebruikelijke hulp is. Deze factoren kun je uitwerken in beleid. Het gaat om:

  • De aard van de relatie
    Van een echtgenoot mag je bijvoorbeeld meer verwachten dan van een andere huisgenoot. En bij kinderen hangt het natuurlijk erg van de leeftijd af wat je mag verwachten. Werk dit uit in beleid. En ook wat je onder een huisgenoot en een echtgenoot verstaat.
  • De aard van de hulp
    Gaat het om huishoudelijke taken, dan mag je bijvoorbeeld verwachten dat een gezonde volwassen huisgenoot dit overneemt. Minder gebruikelijk is het dat huisgenoten elkaar helpen bij hun persoonlijke verzorging. Maar partners in kortdurende situaties mogelijk wel. En blijft het beperkt tot aansturing? Dan kan het ook gebruikelijk zijn om dit te bieden. Ook kan een rol spelen wanneer de hulp gegeven moet worden en of deze uitstelbaar is.
  • De omvang van de hulp
    De tijd die nodig is om de hulp uit te voeren speelt natuurlijk ook een rol. Daarbij kan de gemeente ook meewegen wat de huisgenoot verder voor verplichtingen heeft. In de uitspraak van de rechtbank Limburg speelde bijvoorbeeld mee dat de echtgenote geen baan heeft en kinderen die verzorging vragen.

Kom je op basis van het beleid en de afweging in een casus tot de conclusie dat het om gebruikelijke hulp kan gaan? Check dan nog wel goed of de persoon waarvan je gebruikelijke hulp verwacht, dit ook echt kan bieden. Daarbij kan meespelen of er (dreigende) overbelasting is. Soms is een medisch advies nodig om dit goed te kunnen beoordelen.

Afstoffen

Tot slot raad ik gemeenten die beleid over gebruikelijke hulp hebben aan, dit regelmatig even af te stoffen. Wat we gebruikelijk vinden, kan door de tijd veranderen. En nieuwe jurisprudentie kan ook leiden tot nieuwe inzichten hierover.


Wil je op de hoogte blijven van jurisprudentie over gebruikelijke hulp? En je casusvragen aan onze helpdesk kunnen stellen? Neem dan een abonnement op onze kennisbank Schulinck Wmo. Ook kunnen we jouw gemeente helpen bij het maken van beleid over gebruikelijke hulp. Klik hier voor meer informatie over de mogelijkheden.