Recht op gelijke behandeling
De regels die gelden voor reizen, wonen en werken binnen de EU zijn vastgelegd in de Verblijfsrichtlijn (Richtlijn 2004/38/EG). Naast het recht om hier te wonen en te werken, hebben rechtmatig verblijvende EU-burgers ook recht op gelijke behandeling met Nederlanders (artikel 24 lid 1 Verblijfsrichtlijn). Dit betekent dat een EU-burger in beginsel onder dezelfde voorwaarden een Wmo-voorziening kan krijgen. Dit blijkt ook uit artikel 1.2.2 lid 1 Wmo.
Geen recht op inkomensvoorzieningen
Het recht op gelijke behandeling uit de Verblijfsrichtlijn suggereert misschien dat de EU-burger gebruik kan maken van alle voorzieningen waar Nederlanders ook recht op hebben. Dit is niet het geval. Want de Verblijfsrichtlijn zegt ook dat burgers van de EU alleen hun verblijfsrecht behouden zolang zij ‘geen onredelijke belasting vormen voor het socialebijstandsstelsel van het gastland’ (artikel 14 Verblijfsrichtlijn).
De EU-burger is mogelijk een onredelijke belasting als hij bijstand, huursubsidie of een andere inkomensvoorziening aanvraagt. Een Wmo-aanvraag wordt niet gezien als een belasting op het socialebijstandsstelsel. Dit heeft er mee te maken dat de Wmo een zorgvoorziening, en niet een inkomensvoorziening is. Een Wmo-voorziening valt dus onder het recht op gelijke behandeling, een bijstandsaanvraag niet.
Dit betekent dat een EU-burger in beginsel onder dezelfde voorwaarden een Wmo-voorziening kan krijgen.
Rechtmatig verblijf
Het recht op gelijke behandeling bestaat alleen voor EU-burgers die ook rechtmatig verblijf hebben in Nederland. Wanneer de EU-burger een beroep doet op een Wmo-voorziening, dan moet de gemeente dus onderzoeken of sprake is van rechtmatig verblijf. Bij twijfel of een negatieve beoordeling vraagt de gemeente advies bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
Om gemeenten te helpen bij het vaststellen van het rechtmatig verblijft, hebben de samenwerkende ministeries in samenwerking met de VNG ‘de Checklist gelijke behandeling EU-burgers’ opgesteld.
Pas na 5 jaar een verblijfsdocument
Het rechtmatig verblijf ontstaat vanzelf (van rechtswege). De IND geeft hier dus geen visum of verblijfsvergunning voor. Alleen als een EU-burger 5 jaar ononderbroken rechtmatig verblijf heeft kan hij een ‘duurzaam verblijfsdocument’ aanvragen bij de IND (artikel 16 Verblijfsrichtlijn). In dat geval kan de EU-burger makkelijk aantonen dat hij rechtmatig verblijf heeft.
Tot 5 jaar, rechtmatig verblijf vaststellen
Het verblijfsrecht is lastiger vast te stellen als de EU-burger minder dan 5 jaar in Nederland verblijft. De EU-burger heeft rechtmatig verblijf als hij:
- voldoende eigen middelen heeft. Dit kan geld uit een erfenis of schenking zijn, een pensioenuitkering of een uitkering waarvoor premies zijn betaald (bijvoorbeeld WW, WIA/WGA) (artikel 7 Verblijfsrichtlijn) of (en meestal),
- voldoende inkomen heeft uit een salaris of een eigen bedrijf.
Wat als de EU-burger geen inkomen meer heeft?
Het verlies van inkomen betekent niet meteen dat het verblijfsrecht eindigt. Er is nog sprake van rechtmatig verblijf als:
- de EU-burger ingeschreven staat/wordt bij het UWV en hij onvrijwillig werkloos is geworden
- hij korter dan 6 maanden werkloos is
Als:
- de EU-burger ingeschreven staat/wordt bij het UWV en hij onvrijwillig werkloos is geworden
- langer dan 6 maanden werkloos is maar een arbeidsverleden heeft van tenminste één onafgebroken jaar
Of als:
- de EU-burger ingeschreven staat/wordt bij het UWV en hij onvrijwillig werkloos is geworden
- langer dan 6 maanden werkloos is, een arbeidsverleden heeft van korter dan één onafgebroken jaar
- hij een reële kans op een nieuwe aanstelling heeft
Wat moet de EU-burger bewijzen?
De opdracht om rechtmatig verblijf aan te tonen ligt bij de EU-burger. Daarbij mag hij alle soorten van bewijsmiddelen gebruiken die zijn verblijf onderbouwen. De gemeente beoordeelt of de volgende elementen zijn bewezen (met enkele voorbeelden van documenten die gebruikt kunnen worden):
- Identiteit en nationaliteit van EU-land. Met een (kopie van) paspoort, ID-kaart of andere identificerend document
- Bewijs van inreis. Inschrijving BRP, huurcontract op Nederlands adres, trein- of buskaartje naar Nederland, arbeidsovereenkomst, loonstroken
- Bewijs van werkverleden of het hebben van voldoende middelen. Arbeidscontract, loonstrookje, documenten van de KvK, bewijs van ontvangen uitkering, erfenis of gift
- Bij de werkloze EU-burger: bewijs van reële kans op aanstelling. Bewijs van lopende sollicitatie of uitnodiging voor een sollicitatiegesprek
En dan? Volg het Wmo-stappenplan
Als je vaststelt dat er een recht op gelijke behandeling bestaat, dan beoordeel je de melding of aanvraag zoals iedere andere casus. De Wmo-consulent volgt dan het gewone Wmo-stappenplan. Gelijke behandeling betekent ook dat de EU-burger alleen in aanmerking komt voor een Wmo-voorziening als hij problemen heeft met zelfredzaamheid, maatschappelijke participatie of het zich kunnen handhaven in de samenleving.
Heeft u vragen over EU-burgers en de Wmo?
Hebt u nu toch nog vragen over een specifieke situatie in uw gemeente? Stel deze dan via de knop Helpdesk in de Kennisbank Schulinck Wmo. Heeft u nog geen abonnement op Schulinck Wmo? Vraag hier een proefabonnement aan. Na goedkeuring kunt u het een maand lang uitproberen, inclusief onze Helpdesk!