Welke gemeente is bevoegd een aanvraag voor studietoeslag met terugwerkende kracht in behandeling te nemen? Deze vraag kan voor hoofdbrekens zorgen als de aanvrager is verhuisd.

Is in dat geval de gemeente waar de aanvrager nu woont bevoegd? Of is dat juist de gemeente waar de aanvrager woonde in de periode waarop de terugwerkende kracht betrekking heeft? Een belanghebbende kan tussen wal en schip raken als beide gemeenten denken dat de andere gemeente de aanvraag moet behandelen.

Is een aanvraag met terugwerkende kracht toegestaan?

Hoofdregel is dat bijstand met terugwerkende kracht niet is toegestaan. Dit is geregeld in artikel 44 lid 1 Participatiewet. Maar deze regel geldt niet voor de studietoeslag. Studietoeslag is geen bijstand.

Voor de studietoeslag is niets geregeld over de ingangsdatum van de studietoeslag. Dit betekent dat de Participatiewet niet verbiedt dat studietoeslag met terugwerkende kracht wordt toegekend. De enige beperking die geldt aan de terugwerkende kracht, komt uit de rechtspraak. Het is namelijk vaste rechtspraak dat financiële aanspraken tegenover de overheid op grond van de rechtszekerheid na een termijn van 5 jaren niet meer in rechte afdwingbaar zijn. Terugwerkende kracht bij studietoeslag is dus tot maximaal 5 jaar mogelijk.

De aanvrager verhuist

Maar wat nu als de aanvrager is verhuisd in de periode waarop de terugwerkende kracht ziet?

Stel. Giulietta vraagt op 1 juli 2024 studietoeslag aan met terugwerkende kracht per 1 januari 2023. Op 1 januari 2023 woonde Giulietta nog in Maastricht. Per 1 mei 2023 woont Giulietta in Venlo. Welke gemeente mag beslissen op de aanvraag van Giulietta van 1 juli 2024?

Systematiek van de bijstand

Voor de studietoeslag is niet expliciet geregeld welke gemeente bevoegd is een aanvraag met terugwerkende kracht te behandelen. Wellicht kan worden gekeken wat geldt voor de bijstand.

Bij een bijstandsaanvraag is voor de vraag welke gemeente bevoegd is te beslissen op de aanvraag van belang, of het gaat om algemene bijstand of bijzondere bijstand.

Systematiek algemene bijstand

Voor de algemene bijstand geldt dat de gemeente waar de belanghebbende woonde in de periode waarover de algemene bijstand wordt aangevraagd, de aanvraag moet behandelen.

Als ik dit doortrek naar de studietoeslag zou dit het volgende betekenen voor de casus van Giulietta.

Giulietta woonde van 1 januari 2023 tot 1 mei 2023 in de gemeente Maastricht. De gemeente Maastricht is bevoegd de aanvraag om studietoeslag over de periode 1 januari 2023 tot 1 mei 2023 te beoordelen. De gemeente Venlo is bevoegd de aanvraag te behandelen voor de periode vanaf 1 mei 2023. Beide gemeenten moeten dus beoordelen of Giulietta aan de voorwaarden voldoet. En dus ook of Giulietta als rechtstreeks gevolg van een ziekte of gebrek structureel niet in staat is naast de studie inkomsten te verwerven.

Systematiek bijzondere bijstand

Voor de bijzondere bijstand geldt dat de gemeente van de aanvraagdatum bepalend is. En dus niet de datum waarop de kosten zich voordoen. De aanvraag moet dus gedaan worden bij de gemeente waar belanghebbende op datum aanvraag woont. Zie CRvB 17-12-2019, ECLI:NL:CRVB:2019:4112. Voor de casus van Giulietta levert deze benadering de volgende oplossing op.

Giulietta woont tijdens de aanvraag in de gemeente Venlo. De gemeente Venlo is bevoegd te beslissen op de aanvraag studietoeslag. Dit geldt dus ook over de periode 1 januari 2023 tot 1 mei, ondanks dat Giulietta toen in Maastricht woonde. Alleen de gemeente Venlo zal moeten beoordelen of Giulietta voldoet aan de voorwaarden voor studietoeslag.

Voor beide benaderingen valt iets te zeggen. De systematiek van de bijzondere bijstand is het meest eenvoudig.

Welke benadering volgen voor de studietoeslag?

Voor beide benaderingen valt iets te zeggen. De systematiek van de bijzondere bijstand is het meest eenvoudig. Slechts een gemeente beoordeelt de aanvraag en de aanvraag hoeft niet te worden opgeknipt in 2 perioden. Bovendien is het zo dat de rechtsvoorganger van de studietoeslag, de individuele studietoeslag, werd aangemerkt als bijzondere bijstand. Maar met de nieuwe studietoeslag is de wetgever daar vanaf gestapt.[1]

De studietoeslag is een steuntje in de rug voor mensen die tijdens de studie niet kunnen bijverdienen door te werken. Het karakter van de studietoeslag is daarmee inkomensaanvullend. Formeel gezien lijkt de studietoeslag meer op de algemene bijstand.
Daarmee is het ook gerechtvaardigd om aan te sluiten bij de benadering van de algemene bijstand. Maar vanwege praktische uitvoerbaarheid is zeker ook iets te zeggen om aan te sluiten bij de regel voor de bijzondere bijstand.

Verschil in inzicht tussen gemeenten

Aangezien 2 visies verdedigbaar zijn, kan het voorkomen dat beide gemeenten een verschillende benadering volgen. In de casus van Giulietta kan dit het volgende betekenen.

  • Venlo volgt de systematiek van de algemene bijstand en Maastricht de visie van de bijzondere bijstand. Venlo behandelt alleen de aanvraag vanaf de datum dat Giulietta daar woont. Dus vanaf 1 mei 2023. Maastricht vindt dat Venlo ook bevoegd is over de periode van 1 januari 2023 tot 1 mei 2023 en behandelt de aanvraag niet. In dat geval beslist niemand over de periode 1 januari 2023 tot 1 mei 2023 en loopt Giulietta studietoeslag mis.
  • Venlo volgt de systematiek van de bijzondere bijstand en Maastricht de visie van de bijzondere bijstand. Venlo zal de studietoeslag over de hele periode beoordelen. Dit kan leiden tot een toekenning vanaf 1 januari 2023. Venlo zal de aanvraag niet doorsturen naar Maastricht. Maar Giulietta kan natuurlijk ook een aanvraag bij Maastricht indienen. In dat geval kan Maastricht de aanvraag ook toekennen over de periode 1 januari 2023 tot 1 mei 2023. Over die periode zou Giulietta tweemaal studietoeslag ontvangen.

Beide gemeenten wijzen naar elkaar

Als de ene gemeente de aanvraag doorstuurt naar de andere gemeente. En die andere gemeente vindt ook dat zij niet bevoegd is de aanvraag in behandeling te nemen? Dan kan volgens mij een domiciliegeschil aanhangig worden gemaakt. Zie artikel 42 Participatiewet. In afwachting van de uitkomst van het geschil kan dan naar mijn mening recht op studietoeslag bestaan tegenover de gemeente waar de aanvrager tijdens de aanvraag woont. Dit conform artikel 42 lid 2 Participatiewet.

Conclusie

Over de vraag welke gemeente bevoegd is een aanvraag om studietoeslag met terugwerkende kracht in behandeling te nemen, kan verschillend worden gedacht. In de kennisbank Schulinck Participatiewet houden we u ervan op de hoogte als hierover ontwikkelingen zijn.

[1] Overigens is het zo dat deze wijziging met een amendement is ingevoerd en verder niet is toegelicht.

 

Opleiding Bijzondere bijstand: kennismaken met theorie en praktijk

Maak kennis met alle mogelijkheden die de bijzondere bijstand biedt!