Met de nieuwe Europese regels (AVG) staat het onderwerp privacy volop in de belangstelling. Eerder schreef Roel Meertens hier al een opinie over. Hij lichtte toe dat gemeenten hun gegevensverwerking in het sociaal domein eigenlijk nooit kunnen baseren op toestemming. Die moet namelijk in vrijheid worden gegeven. En juist die vrijheid ontbreekt omdat cliënten afhankelijk zijn van de gemeente.  

Helemaal waar. Toch betekent dit niet dat toestemming volledig uit beeld is. Want soms kun je toestemming wel gebruiken. In deze opinie licht ik, vanuit oogpunt van vertrouwelijkheid, toe dat dit afhangt van de concrete situatie: wetten en petten bepalen of toestemming aan de orde kan zijn.

Wetten en petten

De AVG eist dat je aantoont dat je persoonsgegevens mag verwerken. Hiervoor is het nodig om te weten welke taak je precies uitvoert. Dus: vanuit welke wet en met welke pet handel je? Die wetten in het sociaal domein zijn bijvoorbeeld de Jeugdwet, Wmo en de Participatiewet. Bij relevante petten kun je denken aan taken op het gebied van vroegsignalering, toegang/claimbeoordeling, hulpverlening of het betalen van facturen.

In deze opinie beperk ik mij tot de Jeugdwet en de petten van toegang en hulpverlening; petten die regelmatig door dezelfde medewerker opgezet worden. Maar een verschillende uitkomst hebben als het gaat over de vraag of toestemming aan de orde kan zijn.

Toegang

De (landelijke) wetgever bepaalde dat de gemeente (het college) als taak heeft om toegang te verlenen tot jeugdhulp. Zo staat het in de Jeugdwet. Hierdoor heeft de gemeente feitelijk (samen met bepaalde artsen) een monopolypositie bij de entree tot jeugdhulp. De macht die dit de gemeente geeft, mag alleen gebruikt worden om bestaande landelijke en lokale regels toe te passen. Die beperking is nodig. Het beschermt cliënten, die afhankelijk zijn van de gemeente, tegen willekeur.

Jeugdhulpverlening

Als eenmaal toegang is verleend, dan dient er ook jeugdhulp te worden geboden. Dit omvat alle vormen van jeugdhulp, dus ook basishulp die de gemeente zelf levert. Die taak is in de Jeugdwet niet specifiek bij de gemeente belegd. Maar bij jeugdhulpverleners. Zij kunnen echter overal werken. Dus ook bij de gemeente zelf. In dat geval switcht de gemeentelijk medewerker van pet. En dan gelden de eisen die aan jeugdhulpverleners gesteld worden.

Vertrouwelijkheid en de rol van toestemming

Voor beide petten geldt dat de medewerker van de gemeente vertrouwelijk moet omgaan met de informatie over de cliënt. Maar die vertrouwelijkheid geldt niet absoluut en kan onder omstandigheden doorbroken worden. Bijvoorbeeld met toestemming. Maar of er toestemming verleend kan worden hangt dus af van de vraag vanuit welke pet je handelt. Met een praktijkvoorbeeld maak ik dit duidelijk:

Vanuit de Jeugdwet heb je informatie over een cliënt. Een collega die de Wmo uitvoert vraagt jou om informatie te delen. Je wilt je cliënt om toestemming vragen. Kan dit?

Het antwoord: dat hangt af van de pet die je op hebt.

Pet bepaalt hoe je omgaat met toestemming.

Pet gemeentelijke taakuitoefening

Dan is het antwoord nee. Want toestemming speelt geen rol bij de gemeentelijke taakuitoefening. Dit heeft te maken met de afhankelijkheidsrelatie die Roel Meertens in zijn opinie beschreef. Er is geen sprake van echte vrijheid omdat de cliënt afhankelijk is van de gemeente. Toestemming (in de zin van de AVG) is hier dus een dode letter.

De achtergrond hiervan is dat de gemeente gebonden is aan de wet. Informatie die voor de uitvoering van de ene wet (hier: Jeugdwet) is verkregen, kan niet gebruikt worden om een andere wet (de Wmo) uit te voeren. En er bestaat (nog) geen wet die integrale gegevensverwerking in het sociaal domein mogelijk maakt.

Pet jeugdhulpaanbieder

Hier kan het antwoord ja zijn. Toestemming kan een reden zijn om de vertrouwelijkheid te doorbreken. De jeugdhulpverlener moet zich opstellen als een goed hulpverlener. In dit geval door na te gaan of het contact met je collega het belang van jouw cliënt dient. Zo ja, dan kan de cliënt om toestemming gevraagd worden. Wel maakt de jeugdhulpverlener altijd een eigen zelfstandige belangenafweging. Toestemming leidt dus niet tot een spreekplicht. Maar wel tot het recht om de vertrouwelijkheid te doorbreken.

Conclusie voor de praktijk

Afhankelijk van de pet die je op hebt kun je met toestemming gegevens delen. Wel eist de AVG dat je aantoont dat je hiertoe bevoegd bent. Gemeenten doen er dan ook verstandig aan om helder uiteen te zetten welke petten hun medewerkers op hebben en hoe die zich verhouden tot hun bevoegdheden.