Op 19 april vond ons congres Meedoen naar Vermogen plaats in de Rijtuigenloods in Amersfoort. Openingsspreker Pieter Hilhorst schudde de ruim 300 bezoekers meteen goed wakker. 'De sociale dienst is te vergelijken met een kapotte roltrap', aldus Hilhorst. 'En met de nieuwe Wet werken naar vermogen gaat de roltrap nog meer kapot.'
Hij schetste een beeld van goedwillende klanten die tegen een muur aanlopen en gemeenten die proberen uitkeringsgerechtigden zo veel mogelijk buiten de deur te houden. Dat stuitte op fel verzet uit de zaal. ‘U doet aannames die niet kloppen.’ Toch waren er ook toehoorders die toegaven dat gemeenten door overmacht en beperkingen inderdaad drempels opwerpen.
Vervolgens hield Hilhorst een betoog voor een andere manier van denken binnen sociale diensten. Ze moeten niet langer uitkeringsfabriek of trajectencircus zijn, maar zouden uit moeten gaan van sociale veerkracht en samenredzaamheid. Mobiliseer het netwerk van je cliënt en kijk of de oplossing daar te vinden is. Laat mensen in de WWNV altijd de sterkste troef uit hun netwerk meenemen naar de intake. Bovendien zit het denken in netwerken ook in de Wmo. Mensen die voor elkaar koken, kunnen ook helpen bij het vinden van een baan.
Onderneemster Nicolette Mak riep gemeenten op creatief te zijn en buiten de kaders te denken. Op haar vraag wie er samenwerkt met het bedrijfsleven gingen slechts een paar handen de lucht in. Volgens Mak een gemiste kans, want ‘veel ondernemers willen best iets doen’. Ze benadrukte dat het belangrijk is dat mensen gaan geloven in zichzelf. En dat is niet voor iedereen even gemakkelijk.
Tijdens de workshops voor en na de lunch verdiepten de bezoekers zich verder in de aanstaande wijzigingen binnen de sociale zekerheid. Drukbezocht waren de sessies over de WWNV, de Wmo en loondispensatie. Ook was er ruimte voor het opdoen van vaardigheden als omgaan met agressie, helder schrijven, communiceren met kleur of het gebruik van sociale media. Conclusie na het middagprogramma was volgens een deelnemer dat ‘we allemaal heel goed meedoen naar vermogen’. De workshops waren ‘interessant’, ‘leerzaam’ en ‘een bevestiging dat we op de goede weg zijn’.
Aansluitend zorgde Maarten van Rossem op zijn eigen manier voor een boeiende en vermakelijke afsluiting van de dag. Binnen zijn betoog over het belang van de verzorgingsstaat maakte hij uitstapjes naar Limburg en België, geknuffel onder politici, de gedachten van Gerd Leers en de fietstochtjes van Mark Rutte. Van Rossem betoogde dat de modale burger het beste in West-Europa kan wonen, om vervolgens tot de conclusie te komen dat in landen met een verzorgingsstaat, waar de belasting het hoogst is, de bevolking het gelukkigst is.
Wij kijken terug op een geslaagd congres en we hopen dat dit ook voor u geldt. Uiteraard zijn er ook verbeterpunten en daarmee gaan we aan de slag. Suggesties en opmerkingen ontvangen wij dan ook graag van u. En hopelijk zien of spreken we u binnenkort weer tijdens een van onze opleidingen, via de helpdesk of op een andere manier.