In handhavingskwesties kan het voorkomen dat één feitelijke handeling meerdere overtredingen oplevert. Er wordt dan ook wel gesproken over een ondeelbare last. Als het gaat om overtredingen die in beroep door de algemene bestuursrechter (rechtbank, sector bestuursrecht) worden behandeld dan is duidelijk welke rechter bevoegd is om een uitspraak te doen op het beroep.
Het is gebruikelijk dat een verwijzing naar deze bevoegde rechter in een rechtsmiddelenclausule onder het betreffende besluit op bezwaar wordt opgenomen. Moeilijker wordt het als de algemene bestuursrechter voor één overtreding bevoegd is en de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State (verder: de Afdeling) voor de andere. Is er in dat geval 1 rechter bevoegd of wordt het geschil opgeknipt in twee rechtsbeschermingsprocedures?
Twee voorbeelden
1. Een tuinhuisje op een volkstuinencomplex brand af, waarbij asbest is vrijgekomen dat in de nabijheid van de brandhaard op de bodem is terechtgekomen. Het college verplicht de huurder/eigenaar van het tuinhuisje door middel van een last onder dwangsom om de asbestverontreiniging te verwijderen. De huurder/eigenaar handelt in strijd met de zorgplichten uit de Woningwet (artikel 1a Woningwet) en de Wet milieubeheer (artikel 1.1a Wm).
2. In een paardenstal zijn vaten opgeslagen die deels zijn gevuld met druggerelateerde stoffen. Door de wijze van opslag, de aanwezigheid van de druggerelateerde stoffen en het vermoeden dat in de paardenstal amfetamine is geproduceerd waarbij de vloeistoffen zijn overgeheveld, is er mogelijke ernstige bodemverontreiniging veroorzaakt. Het college besluit de eigenaar van het perceel waarop de overtreding plaats heeft gevonden een last onder bestuursdwang op te leggen die bestaat uit het treffen van voorzorgsmaatregelen ter afscherming van de locatie, de afvoer van stoffen conform de daarvoor geldende regels door een daartoe bevoegd bedrijf en het nemen van monsters van de inhoud van de vaten. In dit voorbeeld wordt gehandeld in strijd met artikel 13 Wet bodembescherming (zorgplicht bodem) en artikel 2.1 lid 1 onder c Wabo (handelen in strijd met het bestemmingsplan),
De algemene bestuursrechter is bevoegd om te oordelen over overtredingen van artikel 1a Woningwet en artikel 2.1 lid 1 onder c Wabo, waarna de Afdeling deze zaak in hoger beroep kan behandelen. In zaken waarin overtreding van de zorgplicht uit de Wet milieubeheer en de Wet bodembescherming centraal staat is de Afdeling als eerste en enige rechter bevoegd (artikel 8:6 Awb jo. Artikel 2 bijlage 2 Awb).
Afdeling bevoegd bij samenloop
Welke rechter is dan nu bevoegd in bovenstaande voorbeelden? Als de last onder bestuursdwang toeziet op het herstellen van één feitelijke situatie die twee overtredingen oplevert waarbij voor één van die overtredingen de Afdeling in eerste en enige aanleg bevoegd is, dan is de algemene bestuursrechter niet langer bevoegd om te beslissen op het beroep. Toegepast op de genoemde voorbeelden betekent dit dat de Afdeling als eerste en enige rechter bevoegd is om te beslissen op de beroepen inzake artikel 1a Woningwet en artikel 2.1 lid 1 onder c Wabo (ECLI:NL:RVS:2015:1458 en ECLI:NL:RVS:2016:3416).
Tip
Een handhavingsbesluit moet worden voorzien van een bezwaar- en/of beroepsclausule. Het is voor een voorspoedige behandeling van de zaak van belang dat in deze clausule de juiste rechtsingang wordt genoemd. Controleer ten behoeve van finale geschillenbeslechting steeds of in de rechtsmiddelenclausule naar de juiste rechter wordt verwezen.