De Afdeling heeft onlangs (ECLI:NL:RVS:2021:2402) een ladder voor het bepalen van het normale maatschappelijk risico bij indirecte planschade geïntroduceerd die de schadevergoedingspraktijk in het omgevingsrecht meer houvast geeft. Wat betekent deze uitspraak voor de rechtspraktijk en brengt de Omgevingswet veranderingen hierin mee? Dat wordt besproken in onderstaande opinie.

Huidig recht: standaardminimumforfait

Degene die een tegemoetkoming in planschade aanvraagt, moet er rekening mee houden dat de binnen het normale maatschappelijke risico vallende schade voor zijn rekening blijft (artikel 6.2 lid 1 Wro). Dit ‘eigen risico’ is in de wet vertaald in een (forfaitaire) ondergrens van 2 procent en geldt alleen bij indirecte planschade. Bij schade in de vorm van waardevermindering van onroerend goed is dat dus 2 procent van de waarde van het onroerend goed vóór het schadeveroorzakende besluit. Deze schade komt dus niet voor vergoeding in aanmerking.

Let op: aan het bepalen van de omvang van planschade en de vraag of die schade al dan niet tot het normaal maatschappelijk risico behoort, behoeft niet te worden toegekomen als een planologische ontwikkeling geheel voorzienbaar is.

Vaststellen hoger percentage

Het bestuursorgaan mag een hoger percentage dan 2 procent vaststellen. Hiervoor gelden wel zwaardere motiveringseisen. In ieder geval wordt gekeken naar alle van belang zijnde omstandigheden van het geval (ECLI:NL:RVS:2020:1593). Daarbij is van belang of de planologische ontwikkeling:

  • als een normale maatschappelijke ontwikkeling kan worden beschouwd;
  • in de lijn der verwachtingen lag. Daarvoor wordt gekeken naar:
    • de mate waarin de ontwikkeling naar haar aard en omvang binnen de ruimtelijke structuur van de omgeving past;
    • de mate waarin de ontwikkeling in een reeks van jaren gevoerde planologische beleid past.

Over deze twee vragen bestaat in de rechtspraktijk vaak discussie. Daarom heeft de Afdeling handvatten gegeven die houvast moeten bieden bij het vaststellen van een hoger forfait bij indirecte planschade.

Ladder normale maatschappelijke risico

In de uitspraak van 3 november 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:2402) geeft de Afdeling de volgende handvatten:

  • Als de ontwikkeling naar haar aard en omvang binnen de ruimtelijke structuur van de omgeving (aanwijzing 1) en het gedurende een reeks van jaren gevoerde ruimtelijke beleid (aanwijzing 2) past, mag het bestuursorgaan een drempel van 5 procent van de waarde van de onroerende zaak toepassen.
  • Als aan één van beide aanwijzingen maar voor een deel wordt voldaan, is het hanteren van een drempel van 4 procent in beginsel aangewezen.
  • Als aan één van beide aanwijzingen in zijn geheel niet wordt voldaan of als aan beide aanwijzingen deels wordt voldaan, is het hanteren van een drempel van 3 procent in beginsel aangewezen.
  • Als alleen aan één van beide aanwijzingen voor een deel wordt voldaan, of als aan beide aanwijzingen helemaal niet wordt voldaan, is in beginsel het toepassen van het minimumforfait van 2 procent aangewezen.

De handvatten van de Afdeling én de Omgevingswet bieden meer houvast bij het bepalen welke hoogte van het normale maatschappelijke risico bij indirecte planschade gerechtvaardigd is.

Omgevingswet: vast forfait

Onder de Omgevingswet is voor het normale maatschappelijke risico bij indirecte planschade die bestaat uit waardevermindering van een onroerende zaak, een vast forfait vastgesteld (artikel 15.7 Ow). 4 procent van de waarde die de onroerende zaak had vóór de nadelige ontwikkeling wordt aangemerkt als behorend tot het normale maatschappelijke risico. De Omgevingswet wijst gevallen aan waarin indirecte schade in de vorm van een waardevermindering van een onroerende zaak wordt geacht niet boven het normaal maatschappelijk risico van 4 procent uit te gaan (artikel 15.7, lid 4 Ow jo. artikel 9.1 Omgevingsbesluit). Daaronder valt onder meer de omgevingsplanactiviteit met betrekking tot een bouwwerk voor zover daaraan gewoon onderhoud wordt verricht en daarbij detaillering, profilering en vormgeving van het bouwwerk niet wijzigen (artikel 9.1 Omgevingsbesluit jo. artikel 2.15f onder a Bbl).

Meer informatie over planschade onder de Omgevingswet vindt u in de volgende opinies: Planschade en de Omgevingswet: de relatie tussen de Omgevingswet en de Awb en Planschade en de Omgevingswet: overgangsrecht en schadebegroting. Daarnaast bevat ons blog Systematiek planschade aan grote veranderingen onderhevig onder de Omgevingswethierover informatie.

De schade tot 4 procent komt dus niet voor vergoeding in aanmerking en alles wat hierboven valt dus wel. Afwijken is niet mogelijk, niet naar boven en niet naar onder. Dat bevordert de voorspelbaarheid van de uitkomsten van schadeprocedures en vergroot de rechtszekerheid (Kamerstukken II 2017/18, 34 986, nr. 3, p. 242-246). Voorafgaande aan de aanvraag om schadevergoeding bestaat namelijk meer duidelijkheid over de schade die niet wordt vergoed. Er is daarmee meer houvast voor de rechtspraktijk.

Kortom:

  • De handvatten van de Afdeling bieden houvast bij het bepalen van de hoogte van het schadebedrag dat niet voor vergoeding in aanmerking komt. Ze geven niet direct antwoord op de vraag welke hoogte van het normale maatschappelijke risico gerechtvaardigd is. Dit moet nog nader beoordeeld worden door te kijken naar de aanwijzingen die van toepassing zijn.
  • De Omgevingswet biedt houvast bij de vraag wat de hoogte van de schade is dat niet voor vergoeding in aanmerking komt. De Omgevingswet geeft dus direct antwoord op de vraag welke hoogte van het normale maatschappelijke risico gerechtvaardigd is.

Conclusie

De handvatten kunnen zorgen voor minder discussie binnen de rechtspraktijk over de vraag wat de hoogte van het normale maatschappelijke risico moet zijn bij indirecte planschade. In het licht van de Omgevingswet is dit een goede ontwikkeling. Daar wordt immers een vast forfait van 4 procent aangehouden. Dit zorgt voor meer houvast voor de rechtspraktijk en voorkomt discussie over de vraag welke hoogte van het normale maatschappelijke risico gerechtvaardigd is.

In onze kennisbank Schulinck Omgevingsrecht zijn de handvatten van de Afdeling verwerkt. Daarnaast is er informatie te vinden over het normale maatschappelijke risico nu en onder de Omgevingswet. Hebt u hier vragen over? Dan biedt onze juridische helpdesk uitkomst!