Het komt voor dat initiatiefnemers om uiteenlopende redenen, op een andere manier aan die eisen willen of kunnen voldoen. Voor die gevallen kan de gelijkwaardige maatregel uitkomst bieden (artikel 8.40a Wet milieubeheer jo. 1.8 Activiteitenbesluit en artikel 1.3 Bouwbesluit 2012). In deze opinie ga ik in op de vraag wanneer sprake is van hetzelfde resultaat bij een gelijkwaardige maatregel.
Wat is een gelijkwaardige maatregel?
Een gelijkwaardige maatregel is een alternatief voor een voorgeschreven maatregel. Het alternatief is alleen dan gelijkwaardig als daarmee hetzelfde resultaat wordt bereikt als het voorgeschreven voorschrift.
Gelijkwaardige maatregel in het Bouwbesluit 2012
In het Bouwbesluit 2012 wordt de gelijkwaardige maatregel een gelijkwaardige oplossing genoemd (artikel 1.3 lid 3 Bouwbesluit 2012). Het houdt in dat de oplossing, het alternatief, dezelfde mate van veiligheid, bescherming van de gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en bescherming van het milieu biedt als is beoogd met de in die hoofdstukken gestelde voorschriften (artikel 1.3 lid 1 Bouwbesluit 2012).
Hetzelfde resultaat
Of een alternatieve maatregel gelijkwaardig is aan een voorgeschreven maatregel wordt beoordeeld aan de hand van het resultaat dat met de voorgeschreven maatregel is beoogd.
Belangen die de voorgeschreven maatregel niet beoogt te beschermen, hoeven niet te worden meegewogen (Nota van toelichting bij het Bouwbesluit 2012 (Stb. 2011, 416, blz. 133 en 134)).
Het beoogde resultaat blijkt uit:
- het onderwerp van het hoofdstuk en de afdeling waarin het voorschrift is opgenomen
- het betreffende aansturingsartikel
- het kopje boven en de inhoud van het voorschrift; en
- de toelichting bij het betreffende artikel.
Een nieuwe toegangsdeur
Dat dit niet altijd even duidelijk is wordt goed geïllustreerd in een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State van 23 maart 2022 (ABRvS 23-03-2022, ECLI:NL:RVS:2022:868).
In deze zaak werd de niet goed functionerende originele toegangsdeur (draaideur) vervangen door een nieuwe toegangsdeur (vouwdeur). Het college en de omgevingsvergunninghouder waren van mening dat het ging om een gelijkwaardige oplossing omdat de nieuwe toegangsdeur dezelfde mate van veiligheid, bescherming van de gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en bescherming van het milieu biedt als de originele toegangsdeur.
Functionele eis en prestatie-eis
De Afdeling komt echter tot een andere conclusie omdat het college bij de beoordeling van de gelijkwaardige maatregel (de nieuwe toegangsdeur), de verkeerde vraag heeft beantwoord. Daartoe overweegt de Afdeling dat:
- de voorschriften van het Bouwbesluit 2012 zoveel mogelijk zijn vertaald naar functionele eisen en daarmee samenhangende prestatie-eisen.
- Aan een functionele eis ook (in plaats van de prestatie-eisen) kan worden voldaan met een alternatief als daarmee het doel van de functionele eis wordt bereikt (gelijkwaardige oplossing).
- Het doel van de functionele eis blijkt uit het onderwerp van het hoofdstuk en de afdeling waarin het voorschrift is opgenomen, uit het in een afdeling opgenomen aansturingsartikel, uit het kopje boven en de inhoud van het voorschrift en uit de op het artikel betrekking hebbende toelichting.
- De functionele eis die ter discussie stond beoogt te beschermen dat gebouwen voldoende bereikbare en toegankelijke ruimten hebben (artikel 4.21 Bouwbesluit 2012).
Bij de vraag of sprake is van een gelijkwaardige oplossing om ruimten bereikbaar en toegankelijk te maken (de functionele eis), gaat het, om de doorgang naar die ruimten en niet om de eigenschappen van de deur die in die doorgang is geplaatst. Nu de nieuwe toegangsdeur niet voldeed aan de functionele eis, was geen sprake van een gelijkwaardige maatregel.
Welk belang beoogt het voorschrift te beschermen?
Ga bij de beoordeling van een gelijkwaardige oplossing dus altijd terug naar de basis: Welk belang beoogt het voorschrift te beschermen?
Dit is eens te meer van belang omdat onder de Omgevingswet de toepassingsmogelijkheden van de gelijkwaardige maatregel breder worden getrokken omdat het (artikel 4.7 Ow):
- in beginsel kan worden toegepast op alle algemene regels (algemene rijksregels en algemene decentrale regels (bijvoorbeeld in het omgevingsplan of de omgevingsverordening);
- naast gelijkwaardige middelen, ook ziet op gelijkwaardige procedures (TK 2013-2014, 33 962, nr. 3, p. 472).