De Nederlandse natuur op land staat er “slechter voor dan ooit”, constateert het Wereld Natuur Fonds (WNF) in een alarmerend onderzoeksrapport. Vooral op boerenland en in heidegebieden gaat het slecht: populaties van diersoorten die daar leven, zijn gemiddeld met 50 procent afgenomen sinds 1990, becijfert de natuurorganisatie in het donderdag verschenen Living Planet Report. De onderzoekers wijzen intensivering van de landbouw en de hoge stikstofuitstoot aan als grote boosdoeners. Ze pleiten voor een “fundamentele omslag in de landbouw”.
Samenwerking met boeren is volgens het WNF cruciaal. “We moeten kijken hoe we gezamenlijk tot een oplossing kunnen komen”, zegt directeur Kirsten Schuijt. Ze hekelt het gepolariseerde debat, waarin de belangen van boeren en de natuur vaak tegenover elkaar worden gezet. “We moeten met alle partijen samen aan tafel zitten”, zegt ze. Het WNF hoopt dat de politiek snel met beleid voor de lange termijn zal komen.
Het meest is de biodiversiteit afgenomen in agrarisch gebied en op de hei. “Agrarische graslanden en akkers zijn nog steeds groen, maar weinig mensen weten hoe rijk het boerenland rond 1900 was aan vlinders, andere insecten en akkerkruiden”, schrijven de onderzoekers. “Heide kan, met gericht beheer, paars blijven, maar bijna niemand beseft dat tussen die paarse heide vroeger veel meer kruiden, insecten en vogels leefden.” Met soorten die geen specifiek leefgebied nodig hebben, gaat het beter: die populaties stabiliseren.
Te veel stikstof heeft een domino-effect. Zo gaan in heidegebieden grassoorten woekeren. Ze verdringen planten die het goed doen op voedselarme grond en dat raakt weer vlinders en andere insecten die daar hun voedsel uit halen – en dus ook vogels die insecten eten.
Het verband tussen stikstof en soortenrijkdom is volgens de onderzoekers duidelijk. In heidegebied op hoge zandgronden waar zeer hoge stikstofneerslag werd gemeten, kelderden populaties met gemiddeld 70 procent in dertig jaar tijd. Maar het rapport laat ook zien dat de natuur zich kan herstellen: in bosgebieden waar de stikstofneerslag afnam, leefden soorten als de boomklever en de bosuil op.
Stikstof is niet het enige probleem. De onderzoekers wijzen ook op de nadelige effecten van bestrijdingsmiddelen, verdroging en het monotoner wordende platteland.
Het WNF heeft anderhalf jaar aan het rapport gewerkt, samen met onderzoeksorganisaties als het Naturalis Biodiversity Center, Sovon Vogelonderzoek, RAVON, de Vlinderstichting, de Zoogdiervereniging en EIS Kenniscentrum Insecten.