Utrecht schuift het bouwen boven de treinsporen naar de toekomst. De gemeente heeft samen met NS, ProRail en het Rijksvastgoedbedrijf een studie laten uitvoeren naar de kansen voor nieuwe bouwruimte. De verantwoordelijk wethouder concludeert nu dat het bouwen boven het spoor te ingewikkeld en te duur is. “Op langere termijn kan het interessant zijn om deze ambitie wel weer op te pakken”, stelt wethouder Eelco Eerenberg (Stationsgebied) in een brief aan de gemeenteraad.
De snelstgroeiende stad van Nederland heeft een enorme bouwopgave te vervullen de komende tientallen jaren. Het college van burgemeester en wethouders wil 60.000 woningen vooral binnen de huidige grenzen realiseren. De kans om boven de treinen te bouwen, zou zeer welkom zijn. “Het prikkelt de fantasie om de ruimte boven de sporen als een soort ‘landwinning’ toe te voegen aan de stad”, aldus de wethouder in de brief.
NS, ProRail, het Rijksvastgoedbedrijf en de gemeente tekenden in juni 2019 een intentieverklaring waarin zij gezamenlijk opdracht gaven voor een “verkennend onderzoek naar de wenselijkheid en haalbaarheid van het toevoegen van bebouwing en programma in de zone langs en boven het spoor in het Stationsgebied”. Maar volgens de wethouder blijkt dat het “uitermate complex en kostbaar” is om hier te gaan uitbreiden. “Om met het laatste te beginnen: het is uitermate kostbaar waarbij de kosten ver voor de baten uitgaan. Dit alles overwegende concluderen we dat het nu niet opportuun is om verder te gaan.”
In het buitenland wordt al wel gebouwd boven de spoorlijnen. Zo hebben diverse landen waaronder Amerika, China en Engeland hiermee ervaring.