In het ontwerp-Koninklijk Besluit dat minister De Jonge op 26 januari heeft aangeboden aan de Eerste en Tweede Kamer is 1 januari 2024 als de inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet opgenomen. Als de Kamers op korte termijn groen licht geven, is hiermee geborgd dat gemeenten voldoende voorbereidingstijd hebben.
Gedragen besluit
Tijdens de Bestuurlijk Overleggen op 23 en 25 januari met minister De Jonge, IPO en de Unie van Waterschappen is uitvoerig gesproken over de stand van zaken rondom de invoering van de Omgevingswet. Tijdens het Bestuurlijk Overleg was de conclusie dat de voorwaarden voor inwerkingtreding voldoende zijn ingevuld om een besluit te nemen over de inwerkingtredingsdatum en dat de datum van 1 januari 2024 draagvlak bij alle partijen heeft.
De VNG is verheugd dat de signalen die door de gemeenten zijn afgegeven serieus zijn genomen en dat met de datum van 1 januari 2024 voldoende voorbereidingstijd kan worden geborgd.
Spoedig duidelijkheid noodzakelijk
Om de laatste, cruciale stappen te zetten om met het stelsel aan de slag te kunnen gaan, is wel spoedige duidelijkheid over inwerkingtreding noodzakelijk.
Tijdens de ALV van 2 december hebben gemeenten met overgrote meerderheid ingestemd met de motie Eindhoven. Naast de oproep tot spoedige duidelijkheid, hebben gemeenten daarmee aangegeven dat zij achter deze wet staan, dat er voldoende voorbereidingstijd moet zijn (minimaal 6 maanden tussen slaan Koninklijk Besluit en invoeringsdatum) en dat de door de VNG opgestelde randvoorwaarden ingevuld moeten zijn.
DSO voldoende technisch gereed
In de afweging van de interbestuurlijke partijen heeft het belang van duidelijkheid en zorgvuldigheid vooropgestaan. Partijen zijn van mening dat het DSO voldoende technisch gereed is om een moment van inwerkingtreding vast te stellen. Daarnaast is er door het inregelen en intensief testen in de praktijk een duidelijk beeld wat werkt en waar bijvoorbeeld Tijdelijke Alternatieve Maatregelen (TAM’s) nodig zijn.
Meer informatie