Op 1 maart 2021 treedt de nieuwe Plantgezondheidswet in werking. De plantgezondheidswet beschrijft de regels om planten en gewassen te beschermen tegen schade en ziekte die organismen als insecten, schimmels, virussen en bacteriën kunnen veroorzaken. Door toenemende wereldwijde handel en klimaatverandering groeit het risico dat schadelijke organismen binnen de Europese Unie kunnen overleven en schade veroorzaken aan gewassen, bomen of struiken. Nederland is een grote speler op die wereldmarkt van handel en productie van plantaardige producten en heeft daarom veel baat bij heldere, actuele en robuuste regels rond plantgezondheid.
De gezondheid van planten is belangrijk voor de biodiversiteit, voor ecosystemen en voor de economische positie van land-, tuin- en bosbouw. Met de nieuwe plantgezondheidswet wordt meer nadruk gelegd op het voorkomen van insleep en verspreiding van schadelijke organismen.
In Nederland zijn de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de plantaardige keuringsdiensten Nederlandse Algemene Keuringsdienst (NAK), Naktuinbouw, Bloembollenkeuringsdienst (BKD) en Kwaliteits Controle Bureau (KCB) als bevoegde autoriteit verantwoordelijk voor de uitvoering van de nieuwe regelgeving. Voor meer informatie: zie de fytosanitaire wetgeving vanaf 14 december 2019 op de website van de NVWA.
Bij de uitwerking van de nieuwe wet is nauw samengewerkt met het betrokken bedrijfsleven om te komen tot werkbare oplossingen die zoveel mogelijk aansluiten bij bestaande instrumentarium.