Door het uitstel van de inwerkingtreding van de Omgevingswet adviseert de VNG gemeenten om met ingang van 1 januari 2022 de legesverordening te wijzigen zonder rekening te houden met de Omgevingswet. In de eerste helft van 2022 kan dan de aanpassing aan de Omgevingswet plaatsvinden.
Jaarlijkse aanpassing in 2021
De inwerkingtreding van de Omgevingswet is uitgesteld tot (vooralsnog) 1 juli 2022. De meeste gemeenten stellen aan het eind van ieder jaar een aangepaste legesverordening vast. Daarin staan de aangepaste tarieven voor het jaar daarop. Het verdient aanbeveling de huidige legesverordening ook met ingang van 1 januari 2022 regulier aan te passen. Onderaan de pagina vindt u een document met daarin een voorbeeld (onder ‘Najaar 2021: Wijziging legesverordening – reguliere wijziging’).
Omgevingswet
Het ‘Werkmodel verordening leges 2022 Omgevingswet’ dat op 30 maart 2021 is gepubliceerd, gaat uit van de inwerkingtreding per 1 januari 2022. Vanwege het uitstel naar juli kunt u dit model gebruiken in de eerste helft van 2022. De VNG komt eind dit jaar of begin volgend jaar nog met een definitief model.
Tussentijdse wijziging in 2022
Het is mogelijk de legesverordening in de loop van het jaar te wijzigen of opnieuw vast te stellen. Leges zijn tijdstipheffingen. Voor de heffing is van belang wanneer het belastbaar feit zich voordoet, zoals het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning. Het is dus mogelijk om op 1 juli 2022 een nieuwe legesverordening te laten ingaan. Zie hiervoor het document hieronder (onder ‘Eerste helft 2022: Tussentijds vaststellen in verband met Omgevingswet’).
Al in najaar 2021 aanpassing aan Omgevingswet
Gemeenten die de legesverordening in verband met de Omgevingswet al dit najaar willen vaststellen, moeten overgangsrecht opnemen. Titel 2 van de huidige verordening moet immers blijven gelden totdat de Omgevingswet in werking treedt. Eventueel met geïndexeerde tarieven. Zie hiervoor het document hieronder (onder ‘Variant: in najaar 2021 al vaststellen in verband met Omgevingswet’).
Kostendekking
De raad moeten de tarieven in de legesverordening zodanig vaststellen dat de geraamde baten niet de geraamde lasten overstijgen (maximum van kostendekking). Bij het wijzigen of het opnieuw vaststellen van de legesverordening gaat het om de geraamde baten en lasten op dat moment. Er kan dus bij een tussentijdse wijziging bijstelling nodig zijn. Dat ligt zelfs voor de hand bij tussentijdse wijziging of vaststelling in verband met de Omgevingswet.