Per 1 januari treedt, in tegenstelling tot het eerdere voornemen, de mogelijkheid tot gemeentelijke maatwerkregels voor energie- en milieuprestatie bij nieuwbouw niet in werking. Dit betekent dat gemeenten geen hogere eisen aan deze onderdelen mogen stellen dan het Besluit bouwwerken Leefomgeving (Bbl) voorschrijft. Wanneer gemeenten uiteenlopende eisen stellen bij bouwprojecten komen industrialisatie en betaalbaarheid van de woningbouw in de knel. Dit is 1 van de 2 maatregelen om dit tegen te gaan.
Met opdrachtgevers die lokaal verder willen gaan dan de minimumeisen in het Bbl, waaronder gemeenten en diverse bouwende en ontwikkelende partijen, wordt gewerkt aan een eenduidige en gestandaardiseerde manier van uitvragen gericht op verduurzaming van de woningbouw. Tegelijkertijd wordt daarmee kennis en ervaring opgedaan over welke toekomstige aanscherpingen in de regelgeving reëel zijn.
Overige aanscherpingen
Daarnaast gelden vanaf 1 juli nieuwe eisen voor doorvalbeveiliging, wijzigen eisen aan ventilatie voor horeca en worden gebruikseisen van vluchtroutes in woongebouwen verduidelijkt. Voor het verbod op loden leidingen in bestaande huurwoningen en kindlocaties, maar ook de aanscherping van brandveiligheidseisen voor gevels van nieuwe hoge gebouwen, moeten nog bepalingsmethoden worden opgesteld en opgenomen in de Omgevingsregeling. Deze eisen zullen daardoor naar verwachting op 1 januari 2026 in werking treden.
Het Besluit tot wijziging van het Besluit bouwwerken leefomgeving is gepubliceerd in het Staatsblad.