Regeringspartij D66 wil een einde aan de intensieve veehouderij en een verbod op de handel in wilde dieren. Die maatregelen zijn volgens Tweede Kamerlid Tjeerd de Groot nodig om zoönosen, ziektes die van dier op mens over kunnen gaan, de pas af te snijden.
Het coronavirus is zo’n ziekteverwekker die oorspronkelijk van dieren afkomstig is, net als bijvoorbeeld het vogelgriepvirus en de bacterie die q-koorts veroorzaakt. De verspreiding van dergelijke gevaarlijke ziektes is volgens De Groot veelal het resultaat van de manier waarop mensen met dieren omgaan.
“Nederland is een postzegel waar veel te veel kippen, varkens en geiten worden gehouden”, aldus De Groot. Hij pleitte eerder al voor verkleining van de veestapel ter bescherming van natuur en klimaat. Maar de manier waarop nu vee wordt gehouden vormt volgens hem ook een risico voor de volksgezondheid
De landbouw zal volgens De Groot flink moeten verduurzamen. “Voor de huidige intensieve veehouderij moet een afbouwplan komen, net zoals we ooit de mijnen in Limburg op een sociale manier sloten.” Hij dient daarvoor een voorstel in bij de behandeling van de landbouwbegroting voor 2021.
D66 wil daarnaast de handel in wilde dieren verder aan banden leggen. Het ministerie van Landbouw werkt al aan een beperkende lijst van zoogdieren die in Nederland gehouden mogen worden. Als het aan De Groot ligt, komt die er ook voor amfibieën, vogels en reptielen.