De bouwsector gaat in het stikstofgesprek van woensdag met bemiddelaar Johan Remkes nogmaals aandacht vragen voor het plan dat vorig jaar samen met onder meer land- en tuinbouworganisatie LTO Nederland werd gepresenteerd om uit de stikstofcrisis te komen. Daarin staat dat de uitstoot in 2030 met zo’n 40 procent verminderd moet zijn, waar het kabinet nu werkt met een halvering. Verder wil een woordvoerder van Bouwend Nederland nog niet veel kwijt over het gesprek, dat ook wordt gevoerd met andere ondernemersorganisaties.
In het plan, waar ook natuurorganisaties en ondernemerspartijen VNO-NCW en MKB-Nederland aan meeschreven, staan verduurzamingsvoorstellen voor onder meer de industrie, bouw– en energiesector. Het voorstel zou volgens het plan destijds de overheid jaarlijks zo’n 1,7 miljard euro kosten, maar dan zouden de problemen rond het verlenen van bijvoorbeeld bouwvergunningen en stalaanpassingen wel direct tot het verleden behoren. Dat zou goed zijn voor onder meer de aanpak van het grote huizentekort in Nederland.
Het bijzondere aan het plan was dat er zes partijen samen optrokken. Dat is van belang omdat bij eerdere oplossingen die door partijen zijn aangedragen “winst voor de één meestal verlies voor de ander” betekende.
Ton Hillen, topman van bouwconcern Heijmans, opperde vorige maand om het uitkopen van boeren te combineren met het oplossen van de woningnood. “Als er in een gebied een groot tekort aan woningen is en door boeren ook de stikstofnormen worden overschreden, dan kan je de boeren daar uitkopen en kun je die grond gebruiken voor een nieuwe woonwijk”, zei Hillen.
De bouwsector voelt de stikstofproblematiek. De onduidelijkheid over de hoeveelheid stikstof die uitgestoten mag worden leidt bijvoorbeeld tot vertraging bij aanbestedingen op grote infrastructuurprojecten. Het stikstofdossier is ook een van de redenen dat de versnelling van de nieuwbouw van woningen maar niet op gang komt.