Als de hoeveelheid fijnstof in de lucht afneemt, kan dat leiden tot een sterkere opwarming van de aarde.
Dit inzicht is al langer bekend, maar het effect is nog veel sterker dan het klimaatpanel IPCC tot nog toe heeft aangenomen, concludeert onderzoeker Otto Hasekamp van SRON Netherlands Institute for Space Research samen met collega’s uit Londen en Leipzig.
Fijne stofdeeltjes, ook wel aerosolen genoemd, zijn een vorm van luchtvervuiling. Voor het klimaat op aarde hebben ze echter ook een positieve uitwerking: de deeltjes nemen waterdruppeltjes op en dragen zo bij aan de vorming van wolken.
Wolken met vervuilde lucht bevatten meer waterdruppeltjes dan schone wolken. Ze reflecteren hierdoor meer zonlicht en dat geeft een afkoelend effect. “Woestijnstofdeeltjes nemen bijvoorbeeld nauwelijks water op om wolkendruppeltjes te vormen, terwijl industrieel aerosol dat juist wel doet”, legt Hasekamp uit.
De onderzoekers constateren op basis van satellietdata dat dit effect van aerosolen op wolkenvorming twee keer zo sterk is als tot nu toe wordt aangenomen. Omdat de uitstoot van fijnstof naar verwachting zal afnemen, zullen ook de wolken die meer zonlicht terugkaatsen in mindere mate voorkomen. Volgens Hasekamp maakt dit het waarschijnlijker dat pessimistische modellen die een sterkere opwarming van de aarde voorspellen, werkelijkheid zullen worden.
Fijnstof wordt onder meer uitgestoten door de industrie, het wegverkeer en de veehouderij. Als die sectoren de lucht minder vervuilen met fijnstof, is dat wel positief voor de gezondheid. Fijnstof veroorzaakt longproblemen en uit eerder onderzoek is bekend dat Nederlanders door langdurige blootstelling eraan gemiddeld 9 maanden korter leven.
Hasekamp heeft zijn onderzoek samen met collega’s van Imperial College Londen en de Universiteit van Leipzig woensdag gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Communications.