Minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening gaat de leegstandwet aanpassen om deze effectiever te maken. De aanpassingen zijn erop gericht om leegstand zo veel mogelijk te voorkomen en de periode van leegstand zo kort mogelijk te houden. Zo gaan gemeenten eerder in gesprek met eigenaren van een leegstaand pand. Ook wordt de gemeentelijke voordracht van huurders vervangen door een verplichte termijn waarbinnen een woning opnieuw bewoond moet worden. De aanpassingen werden als experiment al ingezet in Amsterdam en Utrecht en bleken daar succesvol.

De Leegstandwet moet ook gaan gelden voor ander vastgoed dan woningen, zoals kantoren en winkels. Gemeenten worden gestimuleerd om proactief beleid te ontwikkelen. In het volkshuisvestingsprogramma moeten zij voortaan aangeven welke maatregelen zij nemen om leegstand tegen te gaan, bijvoorbeeld door het inzetten van een leegstandverordening of andere middelen. Daarnaast wil de minister raamvergunningen invoeren, waarmee verhuurders zoals woningcorporaties in 1 keer toestemming kunnen krijgen voor tijdelijke verhuur van meerdere woningen binnen een project.